
PremiumTijs over zijn journalistieke blunders: 'Ik had niet door dat mijn microfoon nog open stond'
Vijf vragen van EO-collega's
gisteren · 14:16| Leestijd:6 min
Lees gratis verder
Meld je nu aan en krijg 3 maanden gratis onbeperkt toegang tot alle artikelen en digitale magazines van Visie.
Lees gratis verder
Meld je nu aan en krijg 3 maanden gratis onbeperkt toegang tot alle artikelen en digitale magazines van Visie.
Nu hij de journalistiek heeft verruild voor de politiek, neemt Tijs ook afscheid van de EO-collega’s. Vijf mensen die nauw met hem samenwerkten, stellen hem nog één keer die ene vraag die ze altijd wilden stellen of waar ze nooit antwoord op kregen.
Hans van der Linden (lang Tijs’ eind- en hoofdredacteur bij journalistieke programma’s en 'Adieu God?'): “Een continu terugkerend gebbetje met Tijs was dat hij heel graag prinses Beatrix wilde interviewen voor 'Adieu God?'. Waarom Beatrix?”
Tijs: “‘De koningin is lekker hervormd’, zoals een al heel oud boekje van Trouw-journalist Bert Klein heet. En ik was ook lekker hervormd. Dat schept een band. Maar sowieso was Beatrix gewoon mijn koningin. Ik was tien jaar toen ik op tv zag dat ze ingehuldigd werd – sowieso al bijzonder, want thuis hadden we geen tv, dus ik moet ergens anders zijn geweest. Haar hele loopbaan heb ik gevolgd, en met bewondering en waardering. Ze heeft het gewoon heel goed en professioneel gedaan. Bovendien is PSV het vaakst kampioen geworden tijdens haar tijd als koningin, dus het waren sowieso goede jaren.
Na 30 jaar EO kiest Tijs voor het CDA: 'Durven doet wankelen'
Na 30 jaar EO kiest Tijs voor het CDA: 'Durven doet wankelen'
Beatrix is gelovig, dat weten we, maar daar vertelde ze weinig over. Ik zou haar voor Adieu God? graag hebben bevraagd over de rol die God speelt in haar leven.
Je kunt mij best monarchist noemen: ik waardeer het instituut. Het is fijn dat iemand die rol op zich neemt zonder dat we ons allemaal hoeven op te winden over of het wel de juiste is. Anders krijg je van die Franse toestanden, waarbij we ons allemaal gaan opwinden of de vrouw van de president wel echt een vrouw is.”
Andries Knevel (presenteerde samen met Tijs tussen 2007 en 2014 het programma 'Knevel & Van den Brink'): “Welke blunder heb je in een interview gemaakt, waarvan je af en toe nog zwetend wakker wordt, maar die niemand weet?”
“Het rottige van mijn werk is dat mijn blunders meestal wél te horen en te zien waren. Het eerste wat me te binnen schiet, gebeurde niet eens tijdens een interview, maar was wel een enorme blunder. De directeur van de VARA, Vera Keur, stopte. Dat werd tijdens het nieuws van 11.00 uur verteld terwijl ik uitzending had. Eerder zat de nieuwslezer altijd op een andere plek, en konden wij lekker kletsen tijdens de nieuwsuitzending om daarna door te gaan met ons radioprogramma. Maar dat veranderde: nu zat de nieuwslezer naast me in de studio. Dat was ik niet gewend.
Dus toen het bericht werd voorgelezen dat Vera Keur stopte als VARA-directeur, riep ik “Yes!”, zonder door te hebben dat mijn microfoon nog open stond. Heel Nederland hoorde dat ik het fijn vond dat de directeur van de VARA opstapte. Ik schaamde me helemaal dood. Ik heb daarna contact met haar gezocht, maar ze wilde me niet te woord staan. Dus bij deze nogmaals: sorry Vera."
'Hier klopt niks van'
"O, ik weet er nog eentje: toen Jaap de Hoop Scheffer leider van het CDA was, was er veel gedoe in de partij. Het ging niet goed. We spreken nu over het begin van deze eeuw. Ik had een televisie-interview met hem en iemand van het partijbureau speelde me kort daarvoor een rapport toe met vertrouwenscijfers. Die waren beroerd voor De Hoop Scheffer. Ik had geen tijd om het te checken en liet het vlak voor de uitzending aan zijn voorlichter, Jack de Vries, zien. Die zei: “Hier klopt niks van.” Maar ja, dat zou ik ook zeggen. Dus ik ging de uitzending in en legde hem die cijfers voor. Die bleken inderdaad vervalst te zijn. Dat was een enorme blunder, want als journalist weet je: één bron is geen bron. Ik had streng moeten zijn. Ook aan hem heb ik een excuusbrief geschreven, maar ik heb me er nog jaren voor geschaamd.”
Margje Fikse (mede-presentator op Radio 1 en televisieprogramma’s als Op1): "Je vertelde nooit op wie je stemde. Nu heb je kleur bekend. Dus vertel: op wie heb je gestemd in al die jaren? En heb je wel eens spijt gehad van je stem?”
“Het eerlijke antwoord: ik heb op verschillende partijen gestemd en daar zat het CDA ook bij. Welke het precies waren, vertel ik niet. Niet op mijn werk en niet thuis. Dat is het geheim van de journalist. Heel ouderwets misschien, maar ik geloof daarin. Laat ik het zo zeggen: als ik de NOS een minister hoor interviewen, wil ik niet weten en niet horen wat de politieke voorkeur van die journalist is. Want moet onpartijdig zijn. En ja, daar ben ik vrij spastisch in, waar op de redactie weleens lacherig over werd gedaan, maar ik vind het een mooi principe. Ik zou als uitgesproken PSV-liefhebber ook geen sportjournalist moeten worden.
Iedere week de mooiste geloofsverhalen in jouw mailbox?
Schrijf je in voor de Visie-nieuwsbrief
Lees onze privacyverklaring.
Spijt van mijn stem heb ik nooit gehad. Ik geef degene op wie ik stem mijn vertrouwen, en tenzij diegene er echt een potje van maakt, ga ik ervan uit dat-ie z’n best doet dat vertrouwen waar te maken.”
Bertus Tichelaar (jarenlang leidinggevende van Tijs): “Voor welke politicus buiten het CDA heb je bewondering?”
“De eerste aan wie ik denk, is Frits Bolkestein. Niet zozeer omdat ik het inhoudelijk met hem eens was, maar vanwege de combinatie van uitgesproken standpunten en bereidheid compromissen te sluiten. Hij zei gewoon wat hij vond, joeg de hele boel op stelten – vaak tot frustratie van zijn paarse collega-politici – maar ging dan wel in gesprek. Dat is, volgens mij, goede politiek. Het begint met een duidelijk standpunt, het moet vooral geen grijze brei worden en je hoeft je oren niet te laten hangen naar wat ‘iedereen’ wel of niet vindt. Maar dat is niet het laatste woord, daar begint het gesprek mee, totdat je een werkbaar compromis hebt gevonden.”
Pieter van de Langevelde (als (eind)redacteur betrokken bij talloze programma’s waar Tijs aan meewerkte): “Als je denkt aan gelukkige momenten in je journalistieke loopbaan, welke momenten schieten je dan te binnen? Wanneer was je gelukkig?”
“Tijdens mooie interviews. Ik heb jarenlang gezegd dat interviewen na eten en vrijen het leukste is wat er bestaat, en dat beleef ik ook echt zo. Bijvoorbeeld het interview met Antoine Bodar voor Adieu God. Ik voelde dat er iets gebeurde, dat ik een snaar raakte. Dat zijn de beste gesprekken. Je wordt persoonlijk, er zit een bepaald gewicht in het gesprek en je voelt dat er niets tussen jou en de geïnterviewde inzit – dat is prachtig. Na zo’n uitzending rijd ik vrolijk naar huis.”






