“Annemiek en Mark zijn gescheiden”, zegt mijn vader, die net de koffie binnen brengt. “Weet je nog?”
“Gescheiden!” Mijn moeders stem klinkt geschokt. “Maar waarom! Die aardige jongen.”
Ik houd het maar op het korte antwoord. “Het ging niet meer. Tussen ons.”
“En dan ga je maar uit elkaar?” snuift mijn moeder. “Dat is wel heel makkelijk hè.”
Annemiek (57) is getrouwd met Taco (60) en woont met hem in de binnenstad van Groningen. Ze werkt als zzp'er in het onderwijs en verlangt naar een sabbatical.
Ik krab aan mijn oor. Niet boos worden, zeg ik tegen mezelf. Niet boos worden. Ze kan er niks aan doen. Ik sta op, pak een ingelijste foto van de buffetkast. Taco en ik, op onze trouwdag; ik in een donkerblauw jurkje, hij in een prachtig pak. Twee mensen die al een leven achter de rug hebben, twee mensen die nooit gedacht hadden dat zo veel geluk nog mogelijk zou zijn. “Kijk eens, mam”, zeg ik, terwijl ik naast mijn moeder neerhurk. “Weet je wie dit zijn?”
“O ja!” zegt mijn moeder. “Dit is mijn dochter. Met haar man. Mark. Leuke jongen.”
Zaterdag
We zitten samen op de bank, Taco heeft de laptop op zijn knieën. “De Elberadweg”, zegt hij. “Kijk, van Groningen door Duitsland en dan naar Tsjechië. Tot in Praag.”
“Op de fiets?!” zeg ik. “En dan met zo’n tent en alles achterop? Hoeveel kilometer is dat?!”
“Zo’n 1300 kilometer. Maar je kunt er net zo lang over doen als je wilt. Dit is een tocht voor beginners, Miek. Je volgt de hele tijd die rivier, dus je hoeft niet te klimmen. Dit doen mensen zelfs met kleine kinderen. En het schijnt supermooi te zijn.”
Ik laat me achterover in de bank zakken en probeer het mezelf voor te stellen. Praag lijkt me fantastisch, maar vijf weken fietsen, slapen op van die harde matjes, in zo’n klein tentje, elke avond koken op zo’n brandertje… Dat is eigenlijk niks voor mij. Ik ben niet zo sportief en avontuurlijk als mijn man. En ik houd ook niet van primitief. Ik ben geen 20 meer.
“En weet je wat het mooie is?” zegt Taco enthousiast. “De wind komt altijd vanuit het noordwesten. Dus je wordt eigenlijk naar Praag toe geblazen. Net alsof je een e-bike hebt.”
“Ja, vast. En dan terug tegen de wind in zeker.”
Taco lacht. “Met de nachttrein. Superrelaxed. Moet je zien, je kunt gewoon een privécoupé reserveren. Je vertrekt ’s avonds, je slaapt de hele nacht terwijl de trein rijdt, je krijgt ’s morgens een lekker ontbijtje, en dan kom je om tien uur aan op station Deventer. Wat dacht je ervan?”
Het is gek, maar ik begin het voor me te zien. Hoe we daar samen fietsen door bossen, langs kastelen, hoe we romantische stadjes bezoeken, op terrasjes zitten. Onze huwelijksreis stelde niks voor: een weekendje Valkenburg in een hotel dat er op de website prachtig uitzag, maar dat in het echt nogal tegenviel. En op maandag moesten we allebei weer aan het werk. Ik voel een glimlach over mijn gezicht trekken. “Misschien moeten we het maar doen”, zeg ik. “Als tweede huwelijksreis.”
Volgende week: Annemiek gaat voor een nieuwe look.