‘Mam, het vliegtuig van Itamar is neergestort’ – Jeannet verloor haar zoon door de MH17-ramp
Een plotseling afscheid
20 juni 2024 · 11:30| Leestijd:13 min
Dit artikel is exclusief voor abonnees
Log in en probeer Eva digitaal 2 weken gratis. (De proefperiode stopt automatisch.)
Gratis proefperiode aanvragenHeb je al een abonnement?
Gratis inloggen
Praat mee op onze sites, beheer je gegevens en abonnementen, krijg toegang tot jouw digitale magazines en lees exclusieve verhalen.
Door in te loggen bevestig je dat je de Algemene Voorwaarden en Privacyverklaring van de EO hebt gelezen en begrepen.
Hulp nodig?
Check de veelgestelde vragen.
Als Jeannet tien jaar geleden afscheid neemt van haar zoon Itamar, kan ze niet vermoeden dat dit de laatste keer is dat ze hem ziet. Hij vliegt naar Australië, waar hij studeert. Alleen komt hij daar nooit aan. Zijn vliegtuig, MH17, wordt uit de lucht geschoten. Alle 298 inzittenden komen om het leven.
“Ik vind het lastig als mensen aan me vragen hoeveel kinderen ik heb. Ik zeg nooit twee, want dat is niet zo. Ik heb drie kinderen, twee zoons en een dochter. Alleen de jongste leeft niet meer. Ik vind het moeilijk om dat erbij te zeggen, want ik wil niemand shockeren. Bovendien was Itamar altijd meer dan honderd procent aanwezig, je kon niet om hem heen.”
“Drie kinderen vond ik altijd het perfecte getal. Met elkaar waren we met z’n vijven, een hand vol. We waren een heel hecht gezin. Mijn man Dov komt uit Israël, daar gingen we regelmatig naartoe in de zomervakanties. We hebben er heel wat mooie tripjes gemaakt en vaak familie bezocht. Ook andere vakanties, zoals kamperen in Frankrijk, waren ontzettend leuk. Ik voelde me altijd rijk gezegend met onze fijne kinderen. Itamar was de jongste, hij was een verbinder. Dov beschikt als Israëliër over een behoorlijk temperament, daar kon Itamar altijd heel goed mee omgaan. Op de een of andere manier was hij er heel goed in om zijn vader op dat soort momenten te ontzenuwen. Ook kon hij goed met mijn andere kinderen overweg, hij was het smeermiddel tussen die twee.
Op de middelbare school was Itamar echt een kwajongen. Hoewel hij prima havo had kunnen doen, ging hij naar de mavo, zodat hij genoeg tijd overhield om kattenkwaad uit te halen. Ik zag er altijd vreselijk tegen op om naar de ouderavonden te gaan. Toen hij na zijn examen alsnog naar de havo wilde, zeiden ze op zijn school: ‘Maar niet hier.’ Ze wilden hem daar niet meer hebben omdat hij het zo bont had gemaakt. Het was gewoon een enorme puber. Hij had er een handje van om te laat te komen en vergiste zich zelfs een half uur bij een examen waardoor hij een één kreeg. Maar Itamar liet zich niet op zijn kop zitten. Op zo’n moment ging hij ervoor om die één weg te poetsen. Ondanks zijn gedrag was hij een doorzetter. Via veel omwegen heeft hij uiteindelijk toch zijn havodiploma gehaald.”
Avonturen uit het buitenland
“Omdat Dov uit Israël komt, hebben onze kinderen een dubbele nationaliteit en twee paspoorten. Jonathan, onze oudste zoon, heeft na zijn middelbare school twee jaar in het Israëlische leger gediend. Hij zat daar bij een specialistische tak van de luchtmacht. Itamar wilde dat ook. Eerlijk gezegd verbaasde me dat. Hij was een heel ander type dan zijn broer. Hij was outgoing en hield van mooie spullen en merkkleding. Maar hij wilde hetzelfde doen als zijn broer, tegen wie hij heel erg opkeek. Natuurlijk vond ik dat lastig als moeder, ik moest mijn kinderen echt leren loslaten. In 2008, toen Itamar in dienst ging, was er ook nog eens een strijd in Gaza aan de gang. Daar was hij bij, hij heeft heftige dingen meegemaakt. Net als thuis, vervulde Itamar ook in het leger een belangrijke rol. Ook daar zocht hij altijd de verbinding. Hij was klein van stuk, maar met zijn pit en humor hielp hij andere jongens er in de spannendste momenten doorheen.
Ik vind het lastig als mensen aan me vragen hoeveel kinderen ik heb.
Hierna is Itamar gaan reizen. Hij handelde ondertussen in Dode Zee-producten, dat ging hem goed af. Zakendoen zat hem in het bloed, dat zat er al vroeg in. Op Koninginnedag wist hij als geen ander hoe hij zijn spulletjes moest verkopen. Hij streek neer in Australië om te studeren in de richting economie, management en handel. Eigenlijk had hij helemaal niet de juiste papieren om toegelaten te worden op die universiteit, maar hij schreef een dijk van een brief. Daarin vertelde hij dat ze echt iets zouden missen als ze hem niet aan zouden nemen, waardoor hij er toch naartoe mocht. Hij deed het heel erg goed op de universiteit, het was een groot contrast met zijn middelbareschooltijd. Hij was ouder, had wat levensbagage en wist wat hij wilde. Hij was erg gefocust.”
Extra tijd
“In juli 2014 kwam Itamar twee weken naar huis voor de bruiloft van zijn zus Ruth. Ik heb hem die weken niet veel gezien, hij had een vol programma. Op de heenweg vloog hij via Israël, waar hij nog wat mensen heeft ontmoet, in Nederland zocht hij ook veel bekenden op. Achteraf denk ik: het lijkt wel of hij nog een soort afscheidstournee heeft gedaan, heel bijzonder. De dag na de bruiloft vroeg ik Itamar naar zijn plannen. Hij had nog tijd en we hebben samen gewandeld en geluncht. In het restaurant moesten we lang wachten, dat irriteerde me. Itamar was heel relaxed en zei: ‘Mam, wees in het moment. Op deze manier hebben wij toch meer tijd voor elkaar?’ Hij had gelijk. Itamar was echt tot rust gekomen. Hij was inmiddels 26 en volwassen. Ik betrapte hem zelfs op een grijs haartje.
Op woensdagavond 16 juli nam ik afscheid van hem. We hadden met elkaar gebarbecued, het was een mooie avond geweest. Ik had twee schilderijen van mij opgerold om aan Itamar mee te geven, die wilde hij proberen te verkopen. Hij ging met Jonathan mee, die in Amsterdam woonde. Van daaruit zou hij de volgende dag naar Schiphol gaan. De buurman liep nog langs en zei: ‘Goede reis!’, omdat dat dan is wat je zegt. We hadden natuurlijk geen idee van wat er zou gebeuren. Itamar liep tussen Ruth en mij in naar de auto. Hij had gezegd dat hij voorlopig niet naar Nederland zou komen, het is natuurlijk heel duur om even heen en weer te gaan. Ik voelde me er naar over dat ik hem lang niet zou zien. Ik weet nog dat ik dacht: hoe vaak zal ik hem eigenlijk nog zien? Er schoot zelfs in een flits door me heen: misschien wel nooit meer. Het leek haast of ik onbewust iets naars voorvoelde. Toen we zo naar de auto liepen, zei hij: ‘O, ik ben mijn zonnebril vergeten’, en we liepen samen terug. Ik heb heel bewust van dit moment genoten, we kregen nog wat extra tijd. Toen stapte hij in de auto en ging weg.”
Het moment van de ramp
“De volgende dag, de dag waarop Itamar vloog, kwam Ruth langs. Ze was verdrietig omdat Itamar weg was, dus we besloten wat leuks te gaan doen. We hadden een heel fijne dag, we hebben een eind gefietst en gewinkeld. Toen ik in een paskamer stond om een jurkje te passen, overviel me een vreemd gevoel. Ik dacht ineens heel sterk aan Itamar. Meteen was het ook weer weg en ik schonk er geen aandacht meer aan. Ik rekende het jurkje af en we gingen verder. Tien minuten nadat Ruth vertrokken was, belde ze me op. Toen ik opnam, zei ze eerst niks. Toen zei ze dat ze op de radio had gehoord dat er een vliegtuig was neergestort dat op weg was naar Kuala Lumpur. Ze kreeg het bijna niet over haar lippen: ‘Mam, het vliegtuig van Itamar is neergestort.’ Ik kan me dit moment nog zo goed herinneren. Ik had net een was gedraaid en terwijl ik met Ruth aan de telefoon was, zag ik een onderbroek van Itamar aan de lijn hangen. Ik probeerde Ruth gerust te stellen, we wisten immers nog niets. Misschien was het niet zijn vliegtuig.
Er was een vliegtuig neergestort op de weg naar Kuala Lumpur.
Meteen na dat telefoontje liep ik naar de buurman die Itamar nog een goede reis had gewenst. Hij had de tv aanstaan, waar het in een extra nieuwsuitzending over het neergestorte vliegtuig ging. Ik vertelde hem dat Itamar daarin zat. Ik hoor het mezelf nog zeggen. Het was de eerste keer dat ik het uitsprak, ook al was er nog niks bevestigd. De ramp was volop in het nieuws. De eerste uren leefden we tussen hoop en vrees. Maar aan die hoop kwam snel een einde, ’snachts kregen we een telefoontje dat Itamar inderdaad op de passagierslijst stond. Het moment dat het vliegtuig naar beneden kwam, was precies het moment dat ik in dat pashokje stond en zo sterk aan Itamar dacht. Ik moet in zijn gedachten zijn geweest op dat moment. Ik kan het niet anders verklaren. Alsof hij mij gedag kwam zeggen.”
Het laatste afscheid
“De dagen erna zijn moeilijk te omschrijven. Er was veel onduidelijk. We zaten in de rouw, maar er was geen lichaam. Ik heb er veel over gedroomd. Zonder lichaam kun je eigenlijk niet rouwen. Itamar werd als een van de eersten geïdentificeerd. Het klinkt misschien gek, maar ik ben heel erg dankbaar dat hij, als een van de weinigen, ‘heel’ uit de lucht is gevallen. Op 20 augustus, ruim een maand na de ramp, werd zijn lichaam vrijgegeven. We zijn toen met z’n vieren naar Hilversum gegaan, Dov ging als eerste naar hem toe. Hij zei tegen ons: ‘Jullie moe- ten echt gaan kijken, het is echt Itamar, zoals hij erbij ligt.’ En dat was ook zo. Hij lag erbij alsof hij zo zijn ogen open kon doen. Ik ben dank- baar dat we afscheid van hem hebben kunnen nemen. Het overhemd dat hij aanhad op de bruiloft van Ruth heb ik over hem heen gelegd. Dov en ik hebben samen de kist gesloten. Op dat moment besefte ik heel goed dat dit de laatste keer was dat we met z’n vijven waren.”
Aandacht
“Als Itamar iets deed, dan deed hij dat goed. Ook dit ging op zijn 'Itamars'. Zijn lichaam zat bij de eerste vlucht terug naar Nederland. Ik vond dat heel typisch. De eerste vlucht, de koning en de koningin die hem stonden op te wachten, de enorme aandacht. Het hoorde bij hem. Als er nieuwe vliegtuigen kwamen met menselijke resten, dan gingen we ernaartoe. We deelden dit verdriet samen met de andere nabestaanden, er was een groot gevoel van saamhorigheid. We kregen veel media over ons heen en werden gelukkig goed begeleid. De uitvaart hielden we expres klein, onze familie en wat vrienden. Het was allemaal al zo groots, heel Nederland rouwde mee.
Mijn geloof in God heeft me enorm geholpen.
Toen Itamar er niet meer was, nam ik me al snel voor: ik mag niet depressief worden. Ik kon dat mijn andere kinderen niet aandoen. Ik heb hier echt tegen moeten vechten. Mijn geloof in God heeft me hier enorm bij geholpen. Ik heb om kracht gebeden en ging erover in gesprek met God. Bij Hem kon ik alles kwijt. Mijn pijn, mijn verdriet. Ik vind het fijn om te ervaren dat ik altijd bij Hem terechtkan. Bepaalde teksten uit de Bijbel hebben me enorm gesteund en ik ben dankbaar voor de kracht, moed en hoop die ik daarin vond en nog steeds vind. Hierdoor is het me goed gegaan.
We moesten allemaal onze draai weer vinden in het gezin. Er was iets weggevallen: de rol die hij vervulde, de verbinding die hij bracht. Gelukkig gaat het goed, maar we missen hem wel. Na zijn dood kregen we veel telefoontjes van zijn vrienden. Ze zeiden allemaal dat hij zo’n goede vriend was. Ik vond het eerst wat overdreven allemaal, maar naarmate we meer mensen ontmoetten, kwamen we erachter dat hij echt veel had betekend voor zijn omgeving. De vrienden die hij in Israël had, komen deze zomer ook naar Nederland, omdat het tien jaar geleden is dat Itamar om het leven kwam.”
In zijn voetsporen
“Vorig jaar ben ik samen met Dov naar Australië gegaan . We vertrokken rond 12.00 uur, hetzelfde tijdstip dat Itamar vertrok. Die eerste uren was ik erg bezig met hoe zijn vlucht moet zijn verlopen. Tot en met het moment dat het vliegtuig neerstortte: we hadden net een maaltijd gehad, de lichtjes gingen uit. De meeste mensen gingen rusten. Ik dacht nog: hoogstwaarschijnlijk zat hij op dat moment net, in zijn woorden, te ‘chillen’.
Natuurlijk was er rouw en pijn. Maar ik heb ook genoten.
We zijn naar de universiteit van Itamar gegaan en hebben mensen ontmoet die bij hem betrokken waren. Een maand voordat hij naar Nederland kwam, had hij een examen. Toen de docent die dat had nagekeken hoorde over MH17, bewaarde hij het examen negen jaar lang in de la van zijn bureau. Hij overhandigde het aan ons. Ik vond het ontroerend om te zien, dit had hij kort voor zijn dood geschreven. En hij had het zo goed gemaakt! Ik was heel erg trots op hem. Toen we naar Australië gingen, wist ik dat ik Itamar daar niet zou vinden. We volgden enkel zijn voetsporen. Natuurlijk was er rouw en pijn. Maar ik heb ook genoten. Dat bestond naast elkaar. Ik ben dankbaar dat we deze reis hebben kunnen maken, die neemt niemand ons meer af.”
Kindertekeningen
“Ik schilder al jaren, vooral figuratief. Dat deed ik al toen Itamar nog leefde. Na zijn dood zocht ik naar een manier om mezelf te uiten. Ik ben me meer gaan richten op abstracte kunst en heb een heel oeuvre gemaakt voor Itamar. Op een gegeven moment was ik met een collage bezig waar ik kindertekeningen voor wilde gebruiken. Toen dacht ik: die heb ik nog op zolder liggen, van Itamar! Ik heb een grote doos vol werkjes van hem mee naar beneden genomen. Ineens was ik blij dat ik zo veel had bewaard, ook al vond ik het heftig om die doos open te maken. Ik wilde hier iets mee doen. In drie dagen tijd heb ik een kunst-collage gemaakt met zijn knutselwerkjes en tekeningen. Tijdens dit proces heb ik enorm gehuild. Het was een soort therapie, het werkte helend voor me. Ik ben dankbaar dat ik dit nu heb, het is iets tastbaars en waardevols. Het is een monument geworden. Ik zou dit ook graag voor andere mensen willen doen: kunstcollages maken met spullen en knutselwerkjes van kinderen die overleden zijn. Het is een heel mooie herinnering en kan helpen in de rouw- verwerking.”
Nooit meer zoals het was
“Als er ontwikkelingen rond MH17 waren, was het opeens weer in het nieuws. Dan kwam het zomaar onge- vraagd op ons bord en moesten we er weer mee dealen. Gek genoeg went dat. Dit jaar is het tien jaar geleden en ineens is er weer veel belangstelling voor. Dat is heel bijzonder. Itamar is hier in het dorp begraven. Het is fijn om een plek te hebben waar je naartoe kunt gaan. Al ga ik niet zo vaak naar zijn graf, ik vind hem daar niet.
Niets kan het gemis van Itamar opvullen.
Het leven is niet meer zoals het vroeger was. Ik voel me net een molen met drie wieken. Ik draai wel en alles gaat door. Maar het is anders. Ik ben heel erg dankbaar voor mijn kinderen en inmiddels ook voor mijn kleinkinderen. Ik ervaar echt nog wel geluksmomentjes en ik geniet van mooie dingen, van familie en vriendschappen. Maar het is nooit meer voor de volle honderd procent. Niets kan het gemis van Itamar opvullen.”
Tekst: Francien van der Valk