Hoe kunnen we terugkeren naar meer sociale verbondenheid?
Van individueel naar maatschappelijk
12 december 2024 · 08:00| Leestijd:13 min
Dit artikel is exclusief voor abonnees
Log in en probeer Eva digitaal 2 weken gratis. (De proefperiode stopt automatisch.)
Gratis proefperiode aanvragenHeb je al een abonnement?
Gratis inloggen
Praat mee op onze sites, beheer je gegevens en abonnementen, krijg toegang tot jouw digitale magazines en lees exclusieve verhalen.
Door in te loggen bevestig je dat je de Algemene Voorwaarden en Privacyverklaring van de EO hebt gelezen en begrepen.
Hulp nodig?
Check de veelgestelde vragen.
Onze samenleving individualiseert meer en meer. Het stoere ideaal van onafhankelijkheid, persoonlijke vrijheid en ‘alles uit jezelf halen’ leidt in de praktijk steeds vaker tot gevoelens van vervreemding en eenzaamheid. Hoe zijn we hier eigenlijk beland? Welke gevolgen zien we, op individueel en maatschappelijk niveau? En vooral: hoe keren we terug naar sociale verbondenheid en een gemeenschappelijk verhaal?
Nee, individualisering is geen eigentijds verschijnsel, al duikt de term vooral de laatste tien, vijftien jaar steeds op. De wortels liggen veel verder terug in de geschiedenis, zegt psychiater Esther van Fenema. “Denk alleen al aan de achttiende-eeuwse idealen van de verlichting: kritisch kijken, zelf nadenken, vooral niets zomaar van bovenaf aannemen! Vervolgens kwam in de vorige eeuw de Tweede Wereldoorlog, met de verschrikkingen van het nationaalsocialisme en de Holocaust. Daaruit bleek nog weer eens hoe gevaarlijk groepsdenken kan zijn, zeker in combinatie met misbruik van leiderschap. Dus werd het individu ons nieuwe houvast.”
In de jaren zestig en zeventig ging het opeens razendsnel met de indivualisering. Het Tweede Vaticaanse Concilie zette de kloosterdeuren open; veel kloosterlingen traden uit of vestigden zich in kleine woongroepen tussen ‘gewone’ burgers. De vrouwenemancipatie nam een hoge vlucht. Anarchistische bewegingen als Provo zetten zich af tegen de collectieve orde. En ook new age deed haar intrede, als reactie op de gevestigde religies. Iedereen moest zich vrij voelen om zijn eigen individuele zelf te zijn.
Esther van Fenema
Voorheen had een individu een rol binnen het collectief, voor die rol is weinig teruggekomen.
Van Fenema: “Grote ideologieën werden overboord gezet en zuilen ontmanteld. Het individu werd op een voetstuk geplaatst. Dat bleek ook nog een interessant verdienmodel: het individu stimuleren om zichzelf te ontplooien en alles eruit te halen wat erin zit.”
Natuurlijk is die zelfontplooiing niet alleen maar goed of slecht, voegt ze eraan toe. “Alleen kun je je afvragen of we niet te ver zijn doorgeschoten; of het individu niet zodanig is losgezongen van het collectief dat het ongezond wordt, omdat het niet bij ons past. Groepsnormen en collectieve overtuigingen werden al gauw gezien als knellend en bedreigend, we moesten ons daarvan losmaken en focussen op het individu. Maar ja, voorheen had dat individu wel een rol binnen het collectief, en voor die rol is weinig teruggekomen. Hebben we dan misschien toch het kind met het badwater weggegooid? Als individu moet je nu zelfredzaam en liefst nog succesvol zijn. Nou, dat is een zware verantwoordelijkheid op de schouders van dat individu. Kan iedereen dat in z’n eentje? Ik denk het niet.”
Tekst gaat verder onder de afbeelding.
Een hutje in de wildernis
Iemand die bij uitstek in de kracht van het individu geloofde, was Henry David Thoreau (1817-1867). Journalist en historicus Roderick Nieuwenhuis deed voor zijn boek Een simpel leven onderzoek naar deze Amerikaanse filosoof en natuuronderzoeker. Thoreau werd vooral bekend om zijn twee jaar durende retraite, waarover hij schreef in Walden, or Life in the Woods. Als 27-jarige pionier bouwde hij in 1845 een hutje in de wildernis bij het meertje Walden Pond, legde een groentetuintje aan en ging zelfvoorzienend leven.
Nieuwenhuis: “Maar wat ik zo interessant vond, was dat Thoreau niet werkelijk het hypereenvoudige kluizenaarsleven leidde dat hij beschreef. Hij bouwde die hut deels met sloophout van andere hutjes: die van uitgebuite Ierse immigranten, die een paar jaar eerder vlak bij Walden Pond de eerste spoorlijn hadden aangelegd. Hij ontving er gasten en bezocht zijn ouders, want hij zat op twintig minuten loopafstand van het stadje Concord waar hij desnoods boodschappen kon doen. Dus eigenlijk leidde Thoreau daar een geprivilegieerd leven. Wie kan zich nou een eigen schrijfhutje in de ongerepte natuur veroorloven? Dan heb je veel geld nodig, of rijke vrienden. En Thoreau hád rijke vrienden: dat stukje land was van Ralph Waldo Emerson, destijds al een beroemde filosoof.”
Roderick Nieuwenhuis
Het is een mooi, romantisch idee: jezelf terugvinden in de natuur. Maar het slaat volledig stuk op de werkelijkheid.
In 2002 probeerde Nieuwenhuis als adolescent hetzelfde uit: hij trok zich terug in een verlaten hutje aan de Schotse kust. “Daar merkte ik al gauw: nou, die wildernis is wel erg ruig en eenzaam, dit werkt niet voor mij. Het is een mooi, romantisch idee: jezelf terugvinden in de natuur. Maar het slaat volledig stuk op de werkelijkheid. Thoreau liegt ons dus eigenlijk een beetje voor in Walden. Dat spartaanse leven is alleen maar leuk als je het afwisselt met een comfortabel thuis.”
‘Succes is een keuze’
De laatste jaren klinken er bezorgde stemmen over de kwalijke gevolgen van individualisering. Onze neoliberale maatschappij legt de nadruk op zelfredzaamheid. Dat houdt in dat ouderen zo lang mogelijk zelfstandig blijven wonen, wat niet meevalt als je slecht ter been bent en/of niet handig met internet. Mantelzorgers voelen zich overvraagd. Jongeren worden voortdurend aangespoord om alles uit zichzelf te halen. Daarbij spiegelen ze zich doorgaans aan onrealistische, want fraai gefotoshopte beelden van rolmodellen. Ze worden faalangstig van motto’s als ‘succes is een keuze’ of ‘jij bent de sleutel tot je eigen geluk’. Overprikkeling en burn-out vieren hoogtij.
“Ik vrees dat het westerse cultuurleven ons ook vaak voorliegt”, beaamt Roderick Nieuwenhuis. “Mijn kinderen krijgen van alle kanten de boodschap: word snel rijk, want succes en status maken gelukkig. Terwijl mij dat nou juist níét de basisvoorwaarden lijken voor een gelukkig leven.”
Dat demotivatie en depressiviteit onder jongeren dan ook hand over hand toenemen, vindt Esther van Fenema begrijpelijk: “Als de norm is dat jij 24/7 gelukkig en succesvol moet zijn – tja, dan zou ik als jongere ook uitermate ongelukkig worden en tot niks komen. Jongeren die kwetsbaar zijn voor psychische klachten kunnen het zwaar hebben in deze veeleisende samenleving.”
Roderick Nieuwenhuis
Doordat we steeds meer alleen online communiceren komen steeds minder tot wezenlijk onderling contact.
Nieuwenhuis: “Daarnaast denk ik dat we, doordat we steeds meer alleen online communiceren, steeds minder tot wezenlijk onderling contact komen.” Hij vertelt hoe de sociologische klassieker Bowling Alone (2000) van Robert David Putnam hem een spiegel voorhield: “Daarin analyseert Putnam hoe het komt dat steeds minder Amerikanen bereid zijn tot vrijwilligerswerk of andere sociaal-maatschappelijke activiteiten. Hij noemt twee hoofdoorzaken van de individualisering en daarmee van de vereenzaming. De eerste is het uitsterven van de ‘stille generatie’, die geboren werd tussen 1925 en 1940 en dus nog jong was tijdens de Tweede Wereldoorlog. Vrouwen die destijds nog niet de rol hadden van werker, stonden opeens in fabrieken wapens te maken terwijl de mannen daarginds in het leger vochten. Die generatie groeide op met een bepaald gemeenschapsgevoel, en bovendien met de les dat je gezamenlijk het kwade – toen het nationaalsocialisme − kunt overwinnen.”
Van kletsen naar scrollen
De tweede hoofdoorzaak is volgens Putnam de tv. “Lees: de technologie,” zegt Nieuwenhuis, “want hij schreef dit in 2000, toen nog lang niet iedereen een mobiele telefoon had. Inmiddels hebben we ook nog de smartphone met talloze apps. In de huidige ‘aandachtseconomie’ proberen allerlei partijen geld te verdienen aan onze aandacht en doen daar álles voor, tot en met gokexperts inschakelen om een spel zo verslavingsgevoelig mogelijk te maken. Zoals Putnam schrijft: waar mensen in de jaren vijftig ’s avonds op straat nog met elkaar stonden te kletsen, zaten ze sinds de jaren zestig en zeventig ’s avonds voor de tv. Zo zitten wij nu urenlang online te scrollen, van de ene afleiding naar de andere.”
Tekst gaat verder onder de afbeelding
Esther van Fenema onderstreept het risico van die aandachtseconomie. “Er is inderdaad een verband tussen schermtijd en psychische klachten. Overigens wil ik niet alleen maar somberen over de smartphone, want natuurlijk zitten er positieve kanten aan. Bijvoorbeeld dat je verbinding krijgt met mensen die je anders niet zou zien; wanneer je eenzaam thuis zit, kan dat enorm helpen. Maar ik merk dat vooral social media jongeren geen goed doen, doordat ze je continu laten ervaren dat jij lang niet zo leuk en geweldig bent als die ander. Dat maakt veel jonge mensen, en trouwens ook ouderen, behoorlijk ongelukkig. Ik denk dat we daar veel alerter op moeten zijn: wat richten we eigenlijk aan met die telefoons? Welke algoritmes laten we toe? Waaraan geven we precies onze aandacht? Want dat alsmaar aandacht trekken is feitelijk het verdienmodel geworden. Ik vind dat zorgwekkend. Ik voorzie dat we vroeg of laat daarop terugkijken met de gedachte: wat zijn wij naïef geweest!”
Terug naar verbinding
Kunnen we het tij nog keren en iets als verbondenheid hervinden? Slagen we erin om elkaar weer een gezamenlijk verhaal te vertellen? Als je deze grote vragen wilt beantwoorden, kun je misschien het beste klein beginnen, op individueel niveau. Bijvoorbeeld met de ‘mentale schijf van vijf’ die Esther van Fenema ontwierp. Drie partjes daarvan bevatten al concrete stappen om iets als verbondenheid te herwinnen: matig je smartphonegebruik, investeer in sociale contacten en praat over je problemen. Met het wegleggen van de telefoon schep je ruimte voor face-to-facecontact met je directe omgeving: huisgenoten, buren, medereizigers.
Tekst gaat verder onder het kader.
Mentale schijf van vijf
1. Beweeg voldoende
Door te bewegen verbeter je je mentale conditie en krijg je meer zin in de dingen. Welke vorm van bewegen voor jou het beste is bepaal je zelf. Dat geldt eveneens voor de duur en de frequentie.
2. Bouw voldoende rustmomenten in
Vaak is onze agenda helemaal volgepland. Maar om je stressniveau onder controle te houden, is het noodzakelijk om ook rust- of stiltemomenten in te plannen. Momenten waarop je niks hoeft, een beetje kunt rondlummelen, een kast opruimen, wat dan ook. Zo komt je brein tot rust en krijgt het gelegenheid om gebeurtenissen beter te verwerken. Daarnaast schep je ruimte voor nieuwe ideeën.
3. Praat over je problemen
Bijna iedereen vindt het lastig om te praten over tegenslag of negatieve gevoelens. Mensen schamen zich, zijn bang een ander tot last te zijn of weten niet hoe ze het onder woorden moeten brengen. Toch is iedereen opgelucht zodra het probleem of het nare gevoel hardop is benoemd.
4. Investeer in sociale contacten
Van oudsher zijn we gewend om in groepen te leven. Dat is in de vorige eeuw ingrijpend veranderd. Maar wanneer mensen onvoldoende verbinding met anderen ervaren, kunnen er gevoelens van eenzaamheid ontstaan. Meestal denken we daarbij aan ouderen, maar ook jongeren hebben er last van. Digitaal contact kan nooit ‘echt’ contact vervangen.
5. Matig je telefoongebruik
Het alsmaar checken van je telefoon heeft elementen van een verslaving, waardoor je blijft wachten op berichtjes, likes en andere prikkels. Maak afspraken met jezelf, zodat jij de controle over je smartphone hebt en niet andersom. Het kan helpen om geluiden en berichtgeving uit te schakelen, je telefoon in een andere ruimte te leggen of een maximum aan schermtijd per dag met jezelf af te spreken.
Meer lezen? Op eo.nl/schijfvanvijf gaan we verder in op de onderdelen van deze mentale schijf van vijf.
Via diezelfde telefoon zou je ook iemand kunnen uitnodigen om elkaar eens in real life te ontmoeten, bij een kop koffie of tijdens een wandeling. Want sociale contacten zijn van levensbelang, zo heeft wetenschappelijk onderzoek onomstotelijk aangetoond. Van Fenema: “Eenzaamheid blijkt nog slechter voor je gezondheid te zijn dan een pakje sigaretten roken per dag. Besteed tijd aan echte contacten, in de zin van: met elkaar in één ruimte verkeren. Dat geldt niet alleen voor eenzame ouderen, maar ook voor jongeren die zich momenteel te veel isoleren. Ook daarbij speelt die ‘schermificatie’ een belangrijke rol.”
Praten over je problemen kan eng zijn in een wereld waarin zelfredzaamheid de hoogste deugd lijkt. Maar het is wel een manier om verbinding te leggen en niet langer alleen te hoeven blijven piekeren. Van Fenema: “Door te praten, woorden te geven aan je binnenwereld, kun je daarin wat structuur aanbrengen. Zo wordt het gepieker hanteerbaarder dan wanneer het als in een wasmachine blijft ronddraaien in je hoofd. Veel studies laten zien hoe belangrijk het is om vooral de lastige emoties met elkaar te delen. Juist in een digitaal tijdperk, waarin iedereen geweldig en bijzonder moet zijn, moeten we jonge mensen daarvoor handvatten aanbieden. Wat mij betreft op school al: Hoe praat je eigenlijk over die binnenwereld? Welke woorden kun je gebruiken? Waar vind je een veilige omgeving om met iemand over je emoties te praten? Dit klinkt heel basaal, maar ik zie nog te veel mensen voor wie dit niet vanzelf spreekt.”
Roderick Nieuwenhuis
In de kerk spreek je mensen die je in andere verbanden niet tegenkomt.
Ook de secularisatie heeft bijgedragen aan de individualisering. Roderick Nieuwenhuis groeide niet op met religie; zijn ouders, afkerig van moralisme en paternalisme, lieten hem in levensbeschouwelijk opzicht helemaal vrij. Nog steeds is hij niet gelovig, maar desondanks bezoekt hij regelmatig een kerk. “Tijdens zo’n dienst wordt nog nagedacht over wat een goed leven is. In de kerk zit je ook nooit alleen. Al heeft iedereen zijn eigen beleving, je deelt toch de rituelen én het fundament, namelijk dat je je vertrouwen stelt op iets hogers. Wat ik ook altijd mooi vind, is dat je daar nog mensen spreekt die je in andere verbanden niet tegenkomt.”
Volgens Nieuwenhuis heeft onze huidige maatschappij behoefte aan een ethisch kader van waarden die het individu overstijgen, een moreel kompas, een overgave aan iets hogers. “Maar op spirituele honger ligt tegenwoordig een soort taboe. Ik merk dat ik me er zelf soms ook een beetje voor schaam. En toch zeggen we zo vaak: luister naar je lichaam. Een hongergevoel beantwoorden we met fysiek voedsel. Als je lichamelijke signalen serieus neemt, waarom zou je dan geestelijke signalen níét serieus nemen?”
Traditie als bouwsteen
Esther van Fenema ondernam, in haar eigen woorden, ‘een verkenningstocht’ waarin ze met remonstrants predikant Joost Röselaers met zeventien mensen sprak, onder wie theoloog Stefan Paas, oud-Kamerlid Renske Leijten, psychiater Dirk De Wachter en oud-politicus Jan Terlouw. Deze gesprekken resulteerden in het boek De leegte voorbij, een vervolg op haar boek Het verlaten individu.
Esther van Fenema
Welke kernwaarden hebben de mensheid onder alle omstandigheden steun en zingeving geboden?
Bewust koos Van Fenema een dominee als coauteur: “Volgens mij liggen oplossingen namelijk vooral op het spirituele en ideologische vlak. Tegelijk is het moeilijk om één oplossing te vinden. Ik denk niet zozeer aan een nieuwe ideologie of een nieuwe zuil of wat dan ook, als wel aan collectief gedeelde kernwaarden. Hoe kunnen we als mensen samen zo goed mogelijk functioneren? Kernwaarden als naastenliefde, omzien naar elkaar; misschien zelfs je opofferen voor de ander en voor bepaalde hogere doelen … Zulke waarden kun je in je eigen omgeving op je eigen manier invullen. Zorgzaamheid kun je als buurvrouw praktiseren, maar ook als bestuurder en politicus.
Wat echt opviel bij het schrijven van De leegte voorbij: dat de meeste mensen toch vaak uitkwamen bij traditie als belangrijke bouwsteen voor een nieuw verhaal. Dus: wat kunnen we meenemen uit de geschiedenis? Welke kernwaarden hebben de mensheid onder alle omstandigheden steun en zingeving geboden? Want dat zijn de zaken die we blijkbaar toch weer eens moeten afstoffen.”
Meer lezen?
- De leegte voorbij. Op zoek naar een verhaal dat ons verbindt, Esther van Fenema & Joost Röselaers, Prometheus.
- De mentale schijf van vijf. Een handleiding voor je hoofd Esther van Fenema, Prometheus.
- Een simpel leven. Waarom ons verlangen naar eenvoud complexer is dan we denken, Roderick Nieuwenhuis, Ambo|Anthos.
Tekst: Margaretha Coornstra
Beeld: Cracco Illustration