Roos heeft vijf zoons, maar wilde ook graag een dochter: ‘Ik voel me helemaal geen jongensmoeder’
Gooi het d'r uit
19 maart 2025 · 10:30| Leestijd:9 min
Dit artikel is exclusief voor abonnees
Log in en probeer Eva digitaal 2 weken gratis. (De proefperiode stopt automatisch.)
Gratis proefperiode aanvragenHeb je al een abonnement?
Gratis inloggen
Praat mee op onze sites, beheer je gegevens en abonnementen, krijg toegang tot jouw digitale magazines en lees exclusieve verhalen.
Door in te loggen bevestig je dat je de Algemene Voorwaarden en Privacyverklaring van de EO hebt gelezen en begrepen.
Hulp nodig?
Check de veelgestelde vragen.
Roos droomde van dochters, maar werd moeder van vijf zonen. Ze houdt zielsveel van haar jongens, al worstelt ze met het gemis van een meisje. Toch rust er een flink taboe op het praten over geslachtsteleurstelling. Het is de hoogste tijd dat dit verandert, vindt Roos. “Een groot deel van mijn vrouw-zijn kan ik met niemand in mijn gezin delen, en dat schrijnt.”
Meer mensen dan je denkt worstelen met geslachtsteleurstelling, al ontbreken officiële cijfers. Het vreugdevolle uitkijken naar een nieuw kindje gaat voor sommige ouders gepaard met verdriet om het moeten loslaten van een verlangen. Dat geldt ook voor Roos*, moeder van vijf zoons. Met haar jongste op schoot doet ze haar verhaal.
“Soms voel ik me een soort legercommandant, die de vechtende en schreeuwende meute in bedwang moet houden. Overal om me heen schietgeluiden, jongenspeelgoed en gesprekken over auto’s en poep. Het zijn heus niet alleen dit soort dingen, ze kunnen ook heerlijk rustig en lief met elkaar spelen of samen op de bank naar een verhaal luisteren. Maar toch: soms vliegt het me naar de keel en dan denk ik: dit is niet hoe ik me het moederschap had voorgesteld. Ik fantaseerde over haren vlechten, mooie jurkjes en samen knutselen. Maar vooral ook over de gesprekken die ik later met mijn dochters zou voeren over dingen als verliefdheid, je lichaam, moederschap en geloof. Gesprekken die ik als meisje zelf gemist heb.”
Wat denk jij?
Heb jij weleens gevoelens gehad van geslachtsteleurstelling?
Skipak
In haar eigen jeugd ervaart Roos weinig ruimte voor typische meisjesachtigheid. Haar moeder kiest liever voor praktisch en trekt haar dan ook eerder een skipak aan dan een rokje. Daarnaast heeft ze als kind niet veel goede ervaringen met mannen. “Later gelukkig wel, dankzij fijne mannelijke vrienden en een geweldige echtgenoot. Maar door negatieve ervaringen met mannen, waaronder mijn vader, voelde ik altijd dat ik liever vrouwen om me heen heb. Ik ben ook gewoon een vrouwelijke vrouw die vooral van typisch meisjesachtige dingen houdt. Dit alles bij elkaar heeft eraan bijgedragen dat ik heel graag een dochter wilde.”
Negatieve reacties
Roos vertelt haar verhaal anoniem omdat het uitspreken van geslachtsteleurstelling nogal eens resulteert in negatieve reacties, vooral op internet, maar ook in levenden lijve. “Reacties als ‘Je verdient het niet om moeder te zijn’ komen hard binnen als je je toch al erg schaamt voor je gevoelens.”
Soms worden de verwijten netter geformuleerd, zoals: ‘Ik schrik ervan dat je zoiets kunt zeggen.’ Wat is het effect van zulke opmerkingen? “Ze versterken je zelfverwijt des te meer en geven je het gevoel dat je een waardeloze moeder bent. Zelf heb ik gelukkig vooral begripvolle mensen om me heen, maar helaas heeft lang niet iedereen dat geluk.”
Dankbaarheid en teleurstelling kunnen naast elkaar bestaan.
Dankbaar
Een voorkeur hebben voor het geslacht van je kind is iets van alle tijden en culturen. Toch rust er een groot taboe op. Om het thema bespreekbaar te maken, ontwikkelde Roos samen met een vriendin de website Genderdisappointment.nl. “Ik ben heel dankbaar dat ik moeder mag zijn, zelfs van een groot gezin. Ik weet dat er veel ergere dingen zijn dan het niet hebben van een dochter. Zelf heb ik meerdere miskramen gehad en ik ken veel mensen die te maken hebben met onvruchtbaarheid. Zwanger worden en blijven is niet vanzelfsprekend, en het verdriet dat er in de wereld is rondom kinderwensen grijpt me soms erg aan. Alles kan altijd erger! Dat relativeert, maar neemt mijn eigen verdriet niet weg. Dankbaarheid en teleurstelling kunnen naast elkaar bestaan.”
Juist het taboe op teleurstelling over het geslacht van een baby maakt het zo moeilijk om het te verwerken. “Dat lukt niet goed als je je enorm schaamt voor je verdriet, boos bent op jezelf dat je het hebt, en als je pech hebt en zelfs vijandige reacties krijgt als je er iets over zegt. Die complexiteit maakt dat dit specifieke verdriet lastiger te verwerken is. Vooral tijdens mijn zwangerschappen had ik het er moeilijk mee. Door de hormonen was ik al emotioneler, en elke keer hoopte ik zó op een meisje. Maar telkens bleek het overduidelijk een jongen.”
Nu gaan jullie zeker door tot jullie eindelijk een meisje hebben?
Welkom
Als Roos zwanger is van haar vijfde kindje, krijgt ze vaak goedbedoelde wensen te horen: ‘Ik hoop zó voor jullie dat het nu eindelijk een meisje wordt!’ Hoewel Roos die wens zelf deelt, voelt ze tegelijkertijd een sterke neiging om haar kindje te verdedigen. “Ook een jongetje zou welkom zijn. Ik hield al veel van mijn kindje, ongeacht of het een jongen of een meisje zou zijn. Juist daarom baalde ik ervan dat ik zo’n sterke voorkeur had. Ik wilde dat niet voelen, maar het was er toch.”
Gek vond ze het ook wel: “Aan de ene kant is het taboe, aan de andere kant verwachten mensen juist van je dat je een voorkeur hebt als je al veel kinderen van hetzelfde geslacht hebt.” Toen haar zoontje geboren was, maakten mensen die haar nauwelijks kenden, zelfs opmerkingen als: ‘Toch niet wéér een jongen, hè?! Nu gaan jullie zeker door tot jullie eindelijk een meisje hebben?’
Eva nieuwsbrief
Schrijf je in voor de Eva nieuwsbrief en ontvang elke vrijdag een selectie van levensverhalen, artikelen over mentale weerbaarheid, gezondheid en liefde & relaties in je inbox.
Lees onze privacyverklaring.
Jongensmoeder
Geslachtsteleurstelling gaat niet over oppervlakkige dingen zoals prinsessenjurken of stoere sporten, maar raakt aan diepere verlangens. Het draait om het verlangen om je eigen vrouwelijkheid door te geven of om de ervaring van het opvoeden van zowel een jongen als een meisje. Je identiteit als ouder speelt hierin ook een rol. “Vanaf dat ik drie zoons had, zeiden mensen tegen mij: ‘Nu ben je een echte jongensmoeder!’ Dat vond ik niet fijn, omdat ik het gevoel had dat daarmee iets gezegd werd over mij als persoon. Ik ben een moeder van veel jongens, maar een ‘jongensmoeder’, dat voelt als iets dat niet klopt bij wie ik ten diepste ben en wil zijn.
Gelukkig zijn er ook allerlei aspecten van mijn persoonlijkheid die ik terugzie in mijn kinderen, dus ik kan ook veel wél met hen delen. Alleen voor mijn vrouwelijkheid is in ons gezin op dit moment weinig ruimte. Dat mis ik.”
Verdriet om het geslacht van je baby: 'Geslachtsteleurstelling kan psychische klachten veroorzaken'
Verdriet om het geslacht van je baby: 'Geslachtsteleurstelling kan psychische klachten veroorzaken'
Toen haar zoontjes geboren werden en Roos hen als unieke persoontjes leerde kennen, verdween het verdriet langzaam naar de achtergrond, al is het niet helemaal weg. Iets als een enthousiaste geboorteaankondiging van een meisje in haar omgeving kan het weer doen opflakkeren. Dan voelt ze zich als moeder soms tekortschieten, omdat ze niet volledig blij kan zijn met haar vijf kerngezonde jongens. Juist omdat ze van haar kinderen houdt, gunt ze hun een moeder die honderd procent van ze houdt – niet vermengd met een vleugje teleurstelling erdoorheen. “Vooral tijdens de zwangerschappen klonk regelmatig een stemmetje in mijn hoofd: ‘Nu ben je blij, ja, maar hoe blij zou je wel niet zijn als dit eindelijk je diep verlangde dochtertje was geweest?’”
Afgod
In de afgelopen jaren vroeg Roos zich soms gefrustreerd af waarom God juist haar elke keer weer een zoon geeft, terwijl om haar heen overal meisjes geboren werden. Ze beseft dat haar verlangen naar een dochtertje langzaam een soort afgod werd. “Ik dacht: als ik éíndelijk een dochter heb, dán voelt ons gezin compleet, dan voel ik me compleet. Ze vraagt zich af of God haar juist daarom geen dochter heeft gegeven, maar dat idee schuift ze algauw opzij. “Dat zou van God een soort pestkop maken: mij eerst creëren als een vrouwelijke vrouw met een sterk verlangen om dat vrouw-zijn te delen en door te geven, en dan zeggen: ‘Je verlangt er te sterk naar, en dáárom krijg je het niet!’ Zo is God niet. Maar waarom dan wel? Dat weet ik niet, net zomin als ik weet waarom bijvoorbeeld iemand die een geweldige moeder zou zijn helemaal geen kinderen krijgt, terwijl iemand anders ongewenst zwanger raakt. Is het dan allemaal gewoon willekeur? Maar kinderen zijn toch een geschenk van God? Dat vind ik moeilijke theologische vragen. Gelukkig lukt het me inmiddels die vragen te laten voor wat ze zijn en op God te vertrouwen.”
Annemarthe verlangde vurig naar een dochter, maar kreeg drie zoons
Annemarthe verlangde vurig naar een dochter, maar kreeg drie zoons
Afgesloten hoofdstuk
Roos heeft zichzelf tijdens eerdere zwangerschappen getroost met de gedachte: misschien is de volgende eindelijk een meisje... Tijdens haar vijfde zwangerschap wisten zij en haar man dat het de laatste zou zijn. Wil ze het dan niet nogmaals proberen om een dochter te krijgen? “Die verleiding is er wel, want ik ben dol op baby’s. Daarom hebben we ook zo’n groot gezin. Niet omdat we aan het proberen waren om een meisje te krijgen, zoals sommige mensen misschien denken. Maar om allerlei redenen, waaronder mijn gezondheid, zou het niet goed zijn om opnieuw zwanger te worden. Als we het tóch zouden proberen, zou het nu wel alleen maar in de hoop zijn om alsnog een dochter te krijgen en dat zou het veel te beladen maken. We sluiten dit hoofdstuk dan ook af. Misschien zal ik ons gezin nooit als helemaal compleet ervaren, zonder de dochter waar ik zo naar heb verlangd, maar ik ben heel dankbaar voor de vijf prachtige zoons die ik heb mogen krijgen.”
Wees mild
Roos wil andere vrouwen die verdriet hebben over het geslacht van hun (ongeboren) kindje vooral meegeven: wees mild voor jezelf. “Je kiest er niet voor om je zo te voelen, het overkomt je. Dit maakt je geen slechte moeder. Het feit dat je je druk maakt over je gevoelens laat zien dat je van je kindje houdt.” Ze benadrukt dat het belangrijk is om teleurstelling onder ogen te zien in plaats van het weg te stoppen. “Dat voorkomt dat het onbewust effect heeft op hoe je in het moederschap staat, met alle gevolgen van dien.”
Je kiest er niet voor om je zo te voelen, het overkomt je.
Roos raadt aan om verdriet over wat er niet is los te koppelen van het kindje dat er wél is. “Laat dat verdriet niet bepalen hoe je naar je kindje kijkt. Door de droom die je moet loslaten te verwerken zonder schaamte en zelfverwijt, ontstaat er meer ruimte om te genieten van wat je hebt.” Zelf heeft ze hierin haar weg gevonden, mede dankzij steun van lieve mensen, waaronder haar man. “Op dit moment heb ik mijn handen overvol aan mijn jongens. In het drukke, chaotische leven met vijf jonge kinderen kom ik weinig toe aan dingen die mij, los van mijn gezin, het gevoel zouden kunnen geven dat ik mijn vrouw-zijn tot bloei kan laten komen, zoals hobby’s en contact met andere vrouwen. Gelukkig komt die tijd nog wel, daar vertrouw ik op.”
*Roos is vanwege privacyredenen niet haar echte naam.
Tekst: Maarten Nota