
Het missen van een moeder: ‘Ik weet niet of ik de doos in de schuur ooit nog zal openen’
Column
gisteren · 12:00| Leestijd:4 min
Lees gratis verder
Meld je nu aan en krijg 3 maanden gratis onbeperkt toegang tot alle artikelen en digitale magazines van Eva.
Lees gratis verder
Meld je nu aan en krijg 3 maanden gratis onbeperkt toegang tot alle artikelen en digitale magazines van Eva.
Jaren na het overlijden van zijn moeder is columnist Tomas Sjödin nog niet toegekomen aan het uitzoeken van een doos met haar spullen. “De grasmaaier gaat eruit en erin, scheppen en harken worden gebruikt en teruggezet. De doos blijft onaangeroerd.”
Bij ons gele huis staat een klein rood schuurtje. Het schilderen ervan maakte deel uit van een rouwproces dat nu al meer dan vijftien jaar geleden plaatsvond. Je kunt niet de rest van je leven blijven rouwen. Ik behoor tot degenen die geloven dat dit werk tijdgebonden is. Maar het gemis kan en zal waarschijnlijk blijven bestaan zolang je zelf nog in de race meeloopt.
In het schuurtje staat een grijze plastic bak met allerlei emotioneel geladen objecten die we hebben meegenomen toen mijn broer en ik, na het overlijden van mijn moeder, haar tweekamerappartement in Kramfors opruimden. We legden zorgvuldig haar kalenders met dagelijkse aantekeningen erin, wat brieven, foto’s en krantenknipsels die moeilijk waren om weg te gooien. Alles belandde ongesorteerd in de plastic bak. Ik zei tegen mijn broer dat we er later doorheen zouden gaan. Vier jaar zijn verstreken, ‘later’ is nog niet gekomen. Alles is er nog, goed afgesloten en bewaard.
Ik weet niet zeker of ik de doos in de schuur ooit nog zal openen. De grasmaaier gaat eruit en erin, scheppen en harken worden gebruikt en teruggezet. De doos blijft onaangeroerd. Misschien moet dat zo blijven. Misschien wordt het onze zoon, of zijn kinderen, die de stilte van de plastic bak verbreekt en alles wat erin ligt doorneemt. Soms moet je een of meerdere generaties overslaan met wat gevoelig is.
Alledaagse dingen
Ik weet niet waarom ik niet wil kijken naar wat er is, het is waarschijnlijk helemaal niets emotioneels, gewoon alledaagse dingen, maar het zijn juist die dingen die zo zwaarbeladen kunnen zijn. Er is iets wat me weerhoudt, iets wat waarschijnlijk een mengeling is van mijn eigen overgevoeligheid en respect voor mijn moeder. Zelf zou ik niet willen dat iemand mijn zwarte boekjes met levenslange aantekeningen leest, ook al weet ik dat ze voor het nageslacht nogal oninteressant zijn. Maar er is iets met het geschrevene: het mist de toon en gezichtsuitdrukking die minstens zoveel zeggen als de woorden zelf. Daarom moet je waarschijnlijk geen e-mails of sms’jes sturen als je emotioneel bent, of wegkijken als je sorry zegt. De doos in de schuur mag daar blijven staan. Hij staat absoluut niet in de weg en misschien maak ik hem ooit nog eens open. Maar op dit moment voelt het niet zo.
Als moeders sterven, groeit overal onkruid.
De Zweedse dichter Göran Sonnevi heeft het verlies van een moeder treffend verwoord:
‘Als moeders sterven, verlies je een van de windrichtingen. Je verliest elke tweede ademtocht, je verliest een open plek. Als moeders sterven, groeit overal onkruid.’
Is het niet vreemd om te schrijven over het verlies van een moeder die al jaren dood is? Alsof je daar bent blijven steken, in iets waar je allang overheen had moeten zijn? Bijna iedereen verliest op een gegeven moment zijn moeder. Dat is toch een van de zekerheden van het leven?
Zo zou je erover kunnen denken, maar ik doe dat niet. Ik geloof dat er in het verlies iets schuilt wat niet alleen naar leegte en verlies smaakt, maar ook naar liefde. In het gemis zijn we op een bepaalde manier altijd samen. Het is een manier om degene die je verloren hebt met je mee te dragen. Koester de mooie herinneringen en laat ze deel uitmaken van een leven dat doorgaat, wachtend op de hereniging tijdens het grote, hemelse familiefeest.