Zijn we doorgeslagen met onze goede voornemens, maanddoelen en stappentellers?
Wil je weten
23 januari 2025 · 12:51| Leestijd:14 min
Dit artikel is exclusief voor abonnees
Log in en probeer Eva digitaal 2 weken gratis. (De proefperiode stopt automatisch.)
Gratis proefperiode aanvragenHeb je al een abonnement?
Gratis inloggen
Praat mee op onze sites, beheer je gegevens en abonnementen, krijg toegang tot jouw digitale magazines en lees exclusieve verhalen.
Door in te loggen bevestig je dat je de Algemene Voorwaarden en Privacyverklaring van de EO hebt gelezen en begrepen.
Hulp nodig?
Check de veelgestelde vragen.
We meten alles, van stappen tot bloeddruk en van hartslag tot de kwaliteit van je slaap. We willen ook van alles: een marathon rennen, leuke vrienden en een uitdagende baan waarin je je kunt ontplooien. En daarom moeten we van alles, vooral van onszelf: carrière maken, elke minuut goed besteden. Maar maken al die doelen en ambities ons nu echt gelukkiger? Of kan het ook anders? Journalist Jikke Zijlstra gaat op onderzoek uit.
De ochtend voordat ik met een paar vriendinnen naar Sicilië vertrek, zit bomvol afspraken. Werkmails beantwoorden, kaartje sturen aan mijn oom die 80 wordt tijdens de vakantie, met dochterlief langs de dokter en haar daarna afzetten op school, een Teams-overleg al rijdend in de auto, een laatste wasje en nog snel even de vaatwasser inruimen.
En voor het midweekje Italië heb ik ook al een lange to-dolijst: ’s ochtends zwemmen in zee, één keer hardlopen, elke dag 10.000 stappen zetten, de Etna beklimmen én een Zoom-meeting met een potentiële nieuwe opdrachtgever. Enigszins uitgeput zit ik een paar uur later in het vliegtuig. Bij te komen van mijn veel te drukke ochtend. En mijn vaak overvolle dagen. Geen wonder dat ik aan het begin van bijna elke vakantie ziek word, en in het weekeinde soms te moe ben om nog met vrienden af te spreken.
Geen wonder dat ik aan het begin van bijna elke vakantie ziek word
Wat doe ik mezelf aan? En wat doen we onszelf als maatschappij aan? We tellen alles, van onze slaapuren tot onze stappen, maar wat doet dat eigenlijk met ons welzijn? Zijn we niet een beetje doorgeschoten in het alsmaar productief willen zijn? Moet ons leven echt altijd gericht zijn op het maximaliseren van output, of verliezen we hierdoor belangrijke aspecten van het mens-zijn, zoals rust, creativiteit en spontaan plezier?
De constante drang om doelen te stellen en te bereiken draagt misschien zelfs wel bij aan gevoelens van angst en depressie, vooral als die ambities onrealistisch zijn, of te hoog gegrepen. Verbinden of vervreemden we ons door doelgericht te leven?
Eva nieuwsbrief
Schrijf je in voor de Eva nieuwsbrief en ontvang elke vrijdag een selectie van levensverhalen, artikelen over (mentale) gezondheid en liefde & relaties in je inbox.
Lees onze privacyverklaring.
Je agenda als je externe brein
Met dit soort vragen op zak spreek ik af met timemanagementcoach Inez Petter. Met haar bedrijf Brightsky traint zij bedrijven en werknemers hoe ze rust en grip op het werk kunnen krijgen en hun dag efficiënter kunnen indelen. We hebben afgesproken om twee uur, en stipt op tijd zit ze klaar. Ik had niet anders verwacht, van een timemanagementgoeroe.
“Ik ben al vijftien jaar ondernemer en in al die tijd is het me nog maar één keer overkomen dat ik me heb vergist in een afspraak”, vertelt Inez lachend. Om meteen daarna van wal te steken: “Zie je agenda als een extern brein. Als je je agenda goed leert gebruiken, dus realistisch plant qua tijd, en voldoende rust inplant, dan gaat je agenda voor je werken. Dat kun je leren. Daar geef ik workshops over. Heel praktisch. Na zo’n training wil je niet meer anders.”
Inez heeft niets tegen het stellen van doelen, maar volgens haar is het wel belangrijk om daarbij onderscheid te maken tussen je werk en jij als persoon. “In je werk is het normaal dat je doelen stelt. Een bedrijf of organisatie heeft jaardoelen. Je zet middelen en geld in om die te bereiken, liefst zo efficiënt mogelijk. In mijn praktijk zie ik nu ook iets anders: bij vooral jonge professionals is het stellen van doelen volledig onderdeel geworden van hun manier van denken, waarden en normen. Doelen halen is geïnternaliseerd in hun eigen identiteit. Ze leggen voor zichzelf de lat megahoog. Maar wie vertelt jou dat die lat zo hoog moet liggen? Ook zie ik bij hen overtuigingen die niet kloppen. Bijvoorbeeld: ‘Als ik niet voldoe, ben ik een loser.’ Zo durven sommige mensen geen vragen te stellen, uit angst de verkeerde vraag te stellen.”
Doelen stellen die je wél haalt: zo doe je dat (en hierdoor lukte het tot nu toe niet)
Doelen stellen die je wél haalt: zo doe je dat (en hierdoor lukte het tot nu toe niet)
Doodmoe op maandag
De tweede ‘leugen’ of verkeerde overtuiging die veel jonge professionals hebben, volgens Inez, is: ‘Als het niet lukt, ligt het aan mezelf.’ “Het authentieke zelf is verheven tot een bizarre hoogte. Je bent wat je doet of wat je kiest. Als je faalt, ben je daar zelf schuldig aan. En als het wel lukt, ligt het ook aan jezelf. Je moet het allemaal zelf doen. Jij bent de factor die bepaalt of iets wel of niet lukt. Daardoor gaan we heel erg doelgericht leven en werken.”
Inez ziet dat veel jonge mensen die ze coacht een bomvolle agenda hebben. “Naast het werk stellen ze zichzelf ook privé torenhoge doelen: ze moeten sporten, spreken veel af met vrienden, gaan uit eten. Op maandag zijn ze vaak doodmoe. Ze vergeten dat hun lijf hersteltijd nodig heeft. Gezondheid zit ook in nietsdoen. Je brein heeft zuurstof nodig, oplaadmomenten. Je moet dus af en toe niets doen, niets inplannen. Een rustdag is cruciaal voor je herstel. Maar dat nemen we niet. Winkels zijn open op zondag, we doen nog even een boodschapje en gaan naar een escaperoom.”
Je moet dus af en toe niets doen, niets inplannen.
“Nietsdoen is tegenwoordig ook iets anders dan vroeger. Nu kijken we op ons mobieltje als we niets doen. Of we gaan de hele avond netflixen. Terwijl als je écht niets doet, er vaak vanzelf iets ontstaat: je gaat spontaan wandelen, in de keuken rommelen of iets tekenen. Dat zijn de momenten waarop je in contact komt met je lijf en in gesprek gaat met wie je bent.”
Zelf is Inez niet zo goed in nietsdoen, geeft ze toe. En juist daarom plant ze het in haar agenda in. “Ik houd dan een blok tijd vrij. Dan ga ik wel zien wat er komt.”
Waarom rust zoveel meer is dan slapen en bankhangen
Waarom rust zoveel meer is dan slapen en bankhangen
Leven invullen als spreadsheet
Nietsdoen inplannen in je agenda? Journalist Tom Grosfeld (30) moet er een beetje om gniffelen. In zijn in 2022 verschenen boek Agendahedonisme beschrijft Tom hoe de agenda in onze maatschappij niet alleen leidend is geworden op het werk, maar ook privé. Hoe we ons leven invullen als een soort spreadsheet: drukke baan, volle agenda, een strak schema voor alle sociale activiteiten.
‘Agendahedonisten’, zo schrijft Tom in zijn boek, ‘zijn concurrerende ondernemers die het maximale uit hun bestaan moeten halen. Die zichzelf bezien vanuit een extreem rationele en calculerende bril.’ En die het soms benauwd krijgen als ze een blik werpen in hun bullet journal en het volgende zien: ‘Goede voornemens, maanddoelen, ontspanningsdoelstellingen, voortgangstrackers, boeken die hij wil lezen, films die hij wil zien, vrienden met wie hij nog moet afspreken, dingen die hem blij maken, plaatsen waar hij naartoe wil, algemene bucketlist, huishoudschema en zijn vijfjarenplan: over vijf jaar kinderen en daarvoor nog twee verre reizen, promotie maken, een huis kopen, een festival organiseren, een keer achter de dj-booth staan, een stilteretraite volgen van minstens tien dagen, naar Istanbul lopen en een podcast opnemen. Help! Hij boekt een dure sessie met een lifestylecoach, herdefinieert zijn purpose en kernwaarden en kan er weer tegenaan’, aldus Tom in zijn boek.
Voor agendahedonisten is het heel normaal om tijd in te plannen om te ontspannen. Om ‘spontaniteit’ te blokken in hun agenda. En ook menig coach of schrijver moedigt het aan, zoals Rick Pastoor, die de slimme werkmethode GRIP ontwikkelde en hierover het gelijknamige boek schreef.
Een soort jaarplan
Hoewel veel mensen baat zullen hebben bij zo’n aanpak, werkt het niet voor Tom. “Omdat ze totaal niet breken met de mentaliteit om je privéleven schematisch in te delen in blokken. Door altijd heel berekenend en rationeel te kijken naar je leven, kom je op schema’s uit. Zo van: ‘Ik wil die vrienden zo vaak en zo lang zien, ik wil zoveel tijd aan die activiteit besteden en ik wil op dat moment ontspannen.’ Voor je werk is het logisch om productief en efficiënt te zijn. Maar wil je dat ook doortrekken naar je dagelijks leven en je vrije tijd? Dan wordt je leven een soort jaarplan. Dat lijkt mij niet zo nuttig. Als je alles dichttimmert, haalt dat de zuurstof weg uit het leven. En je verliest heel veel: spontaniteit, het belangeloze, het onverwachte. De vrijheid om wat te hangen, te lummelen en te rommelen.”
Er is altijd wel weer een volgend boek dat ik zou moeten of willen lezen.
Zelf heeft Tom ook weleens last van ‘agendahedonisme’. “Het gevoel altijd productief en efficiënt te moeten zijn, herken ik wel. Dat je alles uit de tijd en het leven moet halen. Voor mijn werk lees ik veel. Er is altijd wel weer een volgend boek dat ik zou moeten of willen lezen. Dat geeft soms een bepaalde druk, waar ik wel een beetje mee worstel.”
Tom denkt niet dat agendahedonisten per se ongelukkig zijn. “Je kunt deze manier van leven heel lang volhouden, op adrenaline. Maar als je geïnternaliseerd hebt om altijd productief te moeten zijn, heeft dat iets rusteloos. Het is jammer als je niet meer kunt ontspannen of een uurtje op de bank kunt liggen niksen. Als je op dezelfde manier kijkt naar je werktijd als je vrije tijd, kan dat een enorme druk leggen op je weekenden. Uiteindelijk kan een burn-out het gevolg zijn.”
Bibi Fadlalla raakte overspannen tijdens het maken van documentaire over rust
Bibi Fadlalla raakte overspannen tijdens het maken van documentaire over rust
Calculerend denken
Hoe is het zover gekomen dat we zo zijn geworden? Tom legt de schuld bij het kapitalisme. “Dat systeem, die calculerende manier van denken, is een beetje in ons gaan zitten. Voortdurend denken in kosten en baten en wat iets je kan opleveren. Die manier van denken is vanuit het werkende leven overgewaaid naar ons privéleven.”
“Die verschuiving zie je historisch opkomen”, aldus Tom. “Zo merkte socioloog Max Weber in het begin van de twintigste eeuw al op dat mensen anders naar hun vrije tijd gingen kijken: door een rationele en calculerende bril. Dat zie je met de jaren erger worden, bijvoorbeeld tijdens het hippietijdperk. Hippies stonden voor vrijheid en persoonlijke groei. Die waarden begonnen heel antikapitalistisch, maar uiteindelijk namen bedrijven die waarden over. Ze probeerden werknemers te trekken met de belofte dat ze alle ruimte zouden krijgen om zich persoonlijk te ontwikkelen en hun werk in te delen zoals ze dat zelf wilden. Werk en privé gingen daardoor in elkaar overlopen.”
Mentaliteit van multitasken
De telefoon en andere technologische uitvindingen deden er nog een schepje bovenop. “Met internet in je broekzak kun je altijd productief zijn. Je stuurt even een mailtje terwijl je je kind in bad doet of staat te koken. Technologie heeft de mentaliteit van het multitasken en productief-zijn heel erg versterkt.”
Social media spelen hierbij ook een rol. “We kunnen veel meer kiezen en meemaken. Juist omdat de opties bijna oneindig zijn, hebben we het gevoel dat we meer missen. Je kunt bij wijze van spreken elke twee weken een verre reis maken en dan nog het gevoel hebben dat je veel mist. Dat legt veel druk op wat je allemaal moet doen. Het maakt alles onrustig en een beetje gejaagd.”
Juist omdat de opties bijna oneindig zijn, hebben we het gevoel dat we meer missen.
Ook zijn er na de Tweede Wereldoorlog steeds meer gestructureerde activiteiten gekomen voor kinderen, constateert Tom, waardoor het voor ouders een enorm gedoe is om alles in goede banen te leiden. “Je zit op een gegeven moment vast in een systeem waar je niet zo makkelijk meer uitkomt.” Tom weet waarover hij het heeft, als vader van twee kinderen, waarvan de oudste vijf jaar is. “Wij hoeven nog niet eens naar allerlei sportactiviteiten met de kinderen. Maar nu al dwingt het gezinsleven ons om meer schematisch te leven. Dat hoort er ook bij.”
Agenda in de prullenbak
Hoe zou het dan wél moeten? Moet onze agenda in de prullenbak? “Ik heb niets tegen de agenda”, zegt Tom. “Bij ons hangt er nu ook een kalender in de woonkamer. Dat geeft een soort controle en grip. De strekking van mijn betoog is dan ook niet: stop met alles. Dat lukt ook niet zo goed meer, anno 2024.”
Zijn advies is een beetje ‘abstract’, zegt Tom. “Het gaat erom dat je je ervan bewust wordt dat je geneigd bent alles zo dicht te smeren. En dat je die neiging leert relativeren. Dat je jezelf zo nu en dan afvraagt: moet ik de controle wat meer loslaten en wat meer ontspannen? Dat je de zelfhulpboeken, waarin je leert hoe je alles uit het leven kunt halen, weglegt. Dat je het leven meer laat gebeuren. Dan merk je ook wat het met je doet. Bijvoorbeeld hoe fijn het kan zijn om een beetje los te komen van al die schema’s.”
Het gaat erom dat je je ervan bewust wordt dat je geneigd bent alles zo dicht te smeren.
Dat doet Tom zelf door zijn weekenden niet vol te proppen. “Wij vinden het fijn om op zondag wat minder te doen. In elk geval een ochtend. We merken dat dat voor het hele gezin prettig is. Dan is er ruimte om te niksen, om te kijken wat er gebeurt, bijvoorbeeld wat langer bij iemand blijven, zonder dat je dat van tevoren had gepland.”
Voor timemanagementcoach Inez is zondag ook een rustdag. “Mijn gezin en ik nemen die dag afstand van alle hectiek. We gaan altijd naar de kerk en verbinden ons met God en elkaar. Verder hoeven we niets. We hebben tijd en ruimte om iets samen te doen, zoals lekker eten”, zegt Inez met een lach.
Toch is dat overgeven aan het spontane nietsdoen soms zo makkelijk nog niet, weten Tom en Inez. “Ik heb weleens de illusie dat ik me in mijn eentje kan verzetten tegen deze manier van leven en denken”, zegt Tom. “Maar dat lukt niet, want agendahedonisme heeft zich helemaal in onze cultuur genesteld. Daarom heb ik inmiddels geleerd om een beetje mild te zijn voor mezelf als het me niet lukt om mijn telefoon weg te leggen of even te niksen.”
Goede voornemens
En hoe zit het dan met de doelen die we onszelf elke nieuwjaarsdag of elke week opnieuw stellen? Moeten we daar maar mee stoppen? Wat Inez betreft niet. “Doelen stellen voor je werk is heel gezond. Als je ze haalt, geeft dat een gevoel van ‘werkgeluk’. Vooral ook omdat het soms best veel gedoe, gehannes en geworstel is om die doelen te bereiken.
In je privéleven spreek ik liever van ‘keuzes maken die vreugde geven’ dan van doelen stellen. Je kunt er bijvoorbeeld voor kiezen om gezonder te leven, meer met je kinderen te doen of een marathon te rennen. Wel kun je jezelf afvragen waarom je dat wilt. Is het omdat je plezier beleeft aan hardlopen? Of wil je aan anderen laten zien dat je dat kunt? En welke diepere reden zit daar dan weer achter? Misschien wil je gezien worden door anderen, omdat je als kind nooit gezien bent?”
Wees niet te streng met goede voornemens – waarom perfectionisme ons ongelukkig maakt
Wees niet te streng met goede voornemens – waarom perfectionisme ons ongelukkig maakt
Geen doelen stellen
Tom is geen voorstander van doelen stellen. In elk geval niet voor zichzelf. “Mijn ongemak zit erin dat doelen heel concreet en meetbaar moeten zijn. Dat werkt bij mij niet. Ik vind het belangrijk dat ik groei en beter word in mijn werk, maar dat koppel ik niet aan een concreet doel. Ik kan me bijvoorbeeld ten doel stellen dat ik dan en dan een derde boek geschreven wil hebben. Maar dat heb ik helemaal niet in de hand. Of ik erin slaag, hangt van allerlei zaken af: wie mij iets gunt of dat er niemand in mijn gezin ziek wordt. En als het mij niet lukt om dat derde boek te schrijven, heb ik dan iets verkeerd gedaan?”
Of ik erin slaag, hangt van allerlei zaken af.
Precies die gedachte is waar we van af moeten, vindt zowel Tom als Inez. Omdat Inez merkt dat veel van haar jonge klanten die ze coacht met deze overtuiging worstelen, geeft ze hun het advies om eens met een ouder iemand te praten, zoals hun oma, oude oom of buurvrouw op leeftijd. Mensen die het leven hebben doorleefd. “Zo’n gesprek kan mooie inzichten opleveren, bijvoorbeeld dat het leven ploeteren is, maar dat dat niet erg is. Als iets niet lukt, koppelen jongeren dat nu vaak aan falen. Terwijl oudere mensen eerder zullen zeggen: ‘Het hoort bij het leven dat dingen soms niet lukken. Dat je valt. Maar dan sta je gewoon weer op, en probeer je het opnieuw.’
Een mooi advies. Op het verjaardagsfeest van mijn 80-jarige oom komend weekend zal ik het er eens met hem over hebben. En wat mijn ambities betreft: ik stel mezelf ten doel om minder te willen. Zodat ik mijn dagen minder vol hoef te proppen. En er meer tijd overblijft om ouderwets te niksen. Vooral op zondagen. En tijdens vakanties.