Hoe is het nu met...Esther Tims?
‘Als christenen mogen we onze stem wel wat meer laten horen’
19 mei 2025 · 11:58| Leestijd:7 min
Dit artikel is exclusief voor abonnees
Log in en probeer Visie digitaal 2 weken gratis. (De proefperiode stopt automatisch.)
Gratis proefperiode aanvragenHeb je al een abonnement?
Gratis inloggen
Praat mee op onze sites, beheer je gegevens en abonnementen, krijg toegang tot jouw digitale magazines en lees exclusieve verhalen.
Door in te loggen bevestig je dat je de Algemene Voorwaarden en Privacyverklaring van de EO hebt gelezen en begrepen.
Hulp nodig?
Check de veelgestelde vragen.
Ze doet niets liever dan zoveel mogelijk mensen bij Jezus brengen. En dat deed Esther Tims decennia geleden al met haar gospelmuziek. Ze maakte tien soloalbums en werkte mee aan zo’n 25 verzamelprojecten. Nu staat ze niet meer in de spotlights, maar ze zit zeker niet stil.
Kreeg u het geloof van huis uit mee?
“Als kind ging ik in Indonesië, waar ik geboren ben, naar een katholieke basisschool. Daar hoorde ik over Jezus. Mijn moeder was gelovig. Zij ging altijd naar een Pinksterkerk, maar ik ging niet mee. Ze vroeg het weleens, maar toen ik tiener was, had ik het in het weekend vooral druk met uitgaan. Ik dacht: dat komt wel als ik 65 ben.”
Het werd iets eerder, “want God had andere plannen”, vervolgt Esther (74). “Toen ik een jaar of 14 was, kreeg ik vragen. Wat is het doel van mijn leven? Waarom ben ik hier? Op een dag heb ik gewoon een keer hardop gezegd: ‘God, als U er bent, laat het me weten.’ Even later kwam ik in een kerk waar de uitnodiging gedaan werd om je leven aan Jezus te geven. Ik was geraakt. Zou dit God zijn? Ik liet voor me bidden en gaf mijn leven aan Hem. Ik voelde me een nieuw mens. Natuurlijk was niet alles in een keer perfect, maar ik begon daar aan mijn wandeling met Jezus. En dat was, en is nog steeds trouwens, een groot avontuur.”
U bent bekend geworden als zangers, was dat altijd een droom van u?
“Ik hield van zingen. Als jonge tiener deed ik al mee aan talentenjachten. Toen ik tot geloof was gekomen, zong ik weleens in de kerk waar ik naartoe ging, met mijn ukelele. Ik kon niet zo veel akkoorden, maar ik merkte wel dat mijn liederen de mensen raakten. Je had in die tijd nog niet zoveel christelijke muziek, op ‘De zingende zusjes’ na. En wat zij maakten, was niet helemaal mijn stijl. Op een dag vroeg de eigenaar van uitgeverij Gideon mij of ik misschien interesse had om een plaat te maken. Dat wilde ik natuurlijk wel! Zelf ben ik door een lied van Hank Williams over de streep getrokken: How Can You Refuse Him Now. Dit is ook het eerste lied dat ik op de elpee – ja, zo lang is het geleden – heb gezet. Daarmee is het balletje gaan rollen. Ik kwam in beeld bij de EO en later ook bij de KRO en de NCRV. Van het begin af aan had ik enorm de wind mee. Ik heb ook veel te danken aan Elly en Rikkert die veel teksten voor mij hebben geschreven en vertaald. Het is een zegen voor mij geweest om met heel goede musici te mogen werken, zoals Hans Vermeulen. Een van de hoogtepunten was voor mij de EO-tv-muziekspecial Esther Tims in Maleisië.”
Van het begin af aan had ik enorm de wind mee
Elke tien jaar een dip
Esther heeft als zangeres veel gereisd. En haar man Hans ging altijd met haar mee. “Ik ontmoette Hans tijdens het zendingswerk. We deelden ons passie voor Jezus. We gingen samen de straat op om te evangeliseren. Het was een hele bijzondere tijd. Nadat ik mijn eerste elpee had opgenomen ging hij mee op tournee. Mijn eerste plaat was Engelstalig. Dit zorgde ervoor dat ik veel in het buitenland werd uitgenodigd. Hans regelde de praktische zaken. Het was zo fijn om dit samen te kunnen doen! Het was ook best intensief, hoor. Soms waren we wel een half jaar op tournee en we hadden dagen dat er wel drie optredens gepland stonden. Ik denk dat ik elke tien jaar dan ook wel een dip had waarin ik tegen God zei: ‘Heer, ik vind het veel.’ Maar telkens gaf God mij weer nieuwe energie. Ik kreeg vaak zulke mooie reacties van mensen, we mochten echt tot zegen zijn. Daar werd ik blij van.”
Welke reacties zijn u bijgebleven?
“Ik kreeg een keer een brief van een moeder die vertelde dat haar dochter in coma had gelegen. Ze heeft haar mijn liederen laten horen terwijl ze in coma lag. Toen haar dochter ontwaakte, was ze ervan overtuigd dat God de muziek heeft gebruikt. Een ander bijzonder verhaal is dat van een man die in de gevangenis zat waar ik weleens kwam zingen. Iedere Kerst kreeg ik van deze meneer een kerstkaart, hij was altijd de eerste. Hij was zo dankbaar dat hij Jezus had leren kennen. Dat is toch geweldig?”
Hoe kreeg u weer nieuwe energie als u in een dip zat?
“Door wat rust te nemen en met God te praten. Soms werden er bepaalde nummers aangevraagd die ik al heel vaak had gezongen. Ik bad van tevoren altijd: ‘Heer, laat het me zingen alsof het voor de eerste keer is.’ Dan liet ik het los. Er waren heus wel momenten dat het voor mijn gevoel niet zo goed ging. Je kan niet altijd aan staan in de ‘gloria-halleluja-stemming’. Een mens heeft zijn ups en downs. Maar ik wist dat dat geen belemmering voor God was om door mij heen te werken.”
Heer, laat het me zingen alsof het voor de eerste keer is
U staat niet meer op grote podia, wat doet u nu?
“De drukke tijd van toen is voorbij, maar we doen nog genoeg. We reizen veel en zijn actief betrokken in onze kerk. De reizen die we maken hebben een zendingskarakter. Twee jaar geleden waren we in Nigeria. We waren daar voor een christelijke conferentie waar miljoenen mensen van over de hele wereld naartoe kwamen. Dat is zo mooi! In Nederland hebben we de indruk dat het geloof een beetje naar de achtergrond is verdreven. Maar als ik naar de rest van de wereld kijk, dan zie ik iets heel anders. Ik vind dat we in Nederland weleens wat meer onze stem mogen laten horen als christenen. Bijvoorbeeld als er Halloween wordt gevierd op een christelijke basisschool – dan mag je echt wel laten weten dat jij anders denkt. Soms zijn we te bang. En waarvoor? Mijn man en ik reisden jarenlang regelmatig naar India. We hebben daar mensen ontmoet die met gevaar voor eigen leven naar de kerk gingen. Als ze zich lieten dopen, dan wisten ze dat dat een prijs had. Maar het maakte ze niet uit. Ik vond het heel inspirerend om te zien hoe stevig zij in hun geloof stonden. We hebben ook meer dan dertig jaar groepsreizen naar Israël georganiseerd. Ik vind het belangrijk dat mensen kennis maken met het land en volk van God.”
‘Actief betrokken in de kerk’, hoe ziet dat eruit?
“De gemeente waar wij naartoe gaan, hebben we zelf tien jaar lang geleid. Mijn man vond dat geweldig, ik vond dat weleens lastig. Je hebt te maken met zo veel verschillende mensen. Na tien jaar hebben we de kerk aan onze dochter en schoonzoon overgedragen, die nu de voorgangers zijn. We doen nog steeds het een en ander, met name voor de ouderen in de kerk. Dat vind ik heel leuk. We trekken met elkaar op, delen verhalen uit de Bijbel en elk seizoen organiseren we iets leuks.”
God vindt altijd een weg waar jij geen weg meer ziet
Wie is voor u een voorbeeld?
“Majoor Bosshardt. Ik heb haar een paar keer mogen ontmoeten tijdens de kerstvieringen van het Leger des Heils waar ik mocht zingen. Ze was zo’n lief mens! Ze praatte met iedereen. Met daklozen of de koningin, het maakte niet uit. Ze was gewoon zichzelf, het enige wat ze deed was Gods liefde doorgeven. Zonder een oordeel te hebben over degene die voor haar stond. Regelmatig hoor ik mensen tegen elkaar zeggen: ‘Ja, maar jij hebt makkelijk praten, want jij hebt een goed leven.’ Ik moet dan denken aan iemand zoals Nick Vujicic, een man die zonder armen en benen is geboren. God vindt altijd een weg waar jij geen weg meer ziet. Nick Vujicic gaat nu met zijn getuigenis de hele wereld over en vertelt miljoenen over Jezus. Misschien zie je niet meteen wat God in jou heeft gelegd, maar Hij heeft het al lang gezien. Je zult verbaasd staan van wat Hij allemaal door jou heen kan doen. Als je hart oprecht is, gaat Hij met jou aan de slag.”