Met vier kinderen wonen in een camper: ‘Waar zijn we aan begonnen?”
Persoonlijk verhaal
4 juli 2025 · 13:37| Leestijd:8 min
Huis verkopen en voor onbepaalde tijd in een camper rondtrekken. Voor de meesten een droom, voor Judie, Timon en hun vier kinderen sinds kort werkelijkheid. Of de kinderen het daar helemaal mee eens zijn? “We willen weer in een huis wonen!”
Onder een andere zon
“Dit is echt vreselijk!” zegt onze dochter, terwijl we weer wegrijden van een camperplek naar een volgende plaats. “Helemaal niet”, roept onze oudste, “dit is ver-schrik-ke-lijk!!”. “Jaaaa”, schreeuwen ze met z’n drieën vanaf de achterbank, “we willen weer in een huis wonen!”. En ze barsten allemaal in huilen uit. De jongste op de voorbank doet spontaan mee. Onder luid protest en met een hoop kabaal vertrekken we. We zijn pas net aan het avontuur begonnen. Tweeënhalve week geleden hebben we ons huis verkocht en zijn we in de camper gaan wonen. De eerst twee weken stonden we op een camping in de buurt, en nu zijn we (pas) vier dagen aan het rijden. Maar heel eerlijk, ik heb hetzelfde gedacht de afgelopen weken. “Waar zijn we aan begonnen?”
Er is zoveel waar we aan moeten wennen.
De overgang van een ruim huis met veel spullen naar een kleine ruimte met ieder een kratje aan eigen dingen. Blauwe plekken op ons hoofd en benen omdat we ons overal aan stoten.’s Nachts even snel plassen betekent nu over de ander heen klimmen, om vervolgens als een buikdansende slang van het bed te glijden. Of een van ons mag middenin de nacht, gewapend met koplamp en elektrische vliegenvanger, op muggenjacht. Denk je eindelijk te kunnen slapen, wordt er een kind wakker van de jeuk. Daardoor wordt de volgende wakker. En de volgende. En de volgende. Regelmatig eindigen we met vieren in een bed van nog geen anderhalve meter. Pas werd ik in in paniek wakker omdat ik droomde dat ik vastzat in een kleine ruimte en ik nergens een uitgang zag.
We hebben een composttoilet, hartstikke fijn voor het milieu. Maar wat een geur! Als we gaan rijden komt er regelmatig een bijzonder luchtje het raam binnen waaien.
De muggen vliegen me om de oren, omdat we alleen verbinding hebben als ons dakraam open staat.
Metalen kluis
Terwijl ik dit stukje wil verzenden, vliegen de muggen me om de oren, omdat we alleen verbinding hebben als ons dakraam open staat. Wisten wij veel dat zo’n bus een soort metalen kluis is die geen signaal binnenlaat. En dan nog de was. Voorheen deed ik elke dag een wasje. Nu hebben we één wasmand die eigenlijk nergens past en dus steeds verplaatst wordt. Hij wordt met de dag voller. Ook al lopen we meerdere dagen in dezelfde kleren. Met vlekken. Goede vrienden gaven ons terug: “Jullie zijn kampeerders, geen camperaars!”, terwijl ze keken naar onze grote eettafel met vier stoelen, kinderstoel en eetbank. Daarboven een groot schaduwdoek, ernaast een ruime partytent met daarin onze zes fietsen, bolderkar en stapelstenen (want die zijn zo leuk!).
Tekst gaat hieronder verder.
Eva nieuwsbrief
Meer van dit? Schrijf je in voor de Eva nieuwsbrief en ontvang elke vrijdag een selectie van levensverhalen, artikelen over (mentale) gezondheid en liefde & relaties in je inbox.
Lees onze privacyverklaring.
Kraamweken
De afgelopen tijd voelde als een bevalling. Je werkt toe naar het moment dat er een nieuw leven is. Het zware werk zit er op. Maar dan komen de kraamweken. Waarin je moet herstellen en genoeg hebt aan je gezin en jezelf. Mensen willen op bezoek komen, wat écht heel leuk is, maar je bent helemaal niet jezelf, zit vooral te snauwen en wil alleen maar slapen.
We hadden nooit eerder in een camper gereisd. We zijn gevallen voor een oude Mercedes-Benz 608. Vooral omdat we die prachtig vinden en omdat we gehoord hadden dat ze bijna onverwoestbaar zijn. Maar verder hebben we totaal geen verstand van auto’s en missen we technische kennis. We lijken wel gek geworden, schiet af en toe door mijn hoofd. Alles verkocht en gewoon gegaan. Waarom wilden we dit ook alweer?
Wanhopig
Toen Timon weer fulltime ging werken na de geboorte van onze jongste, raakte ik langzaam wanhopig. We waren een half jaar daarvoor uit een woongemeenschap naar een rijtjeshuis verhuisd. Ik was nog niet mezelf na de bevalling en de kids waren ook nog niet gewend aan ons nieuwe leven. Ze maakten veel ruzie en gingen elkaar regelmatig te lijf. Ik snapte het, zij moesten wennen aan de nieuwe situatie. Ik zag hun emoties en frustraties. Ze gebruikten elkaar om hun spanning kwijt te raken. Maar ik kon het niet opbrengen om ze te geven wat ze nodig hadden. Ik had genoeg aan mijn eigen herstel en aan de baby. En aan alle andere taken die een groot gezin met zich meebrengt.
Conflicten loste ik op met een ‘quick fix’. En vaak met een hoop geschreeuw en het slaan van deuren. Regelmatig vloog er een stuk speelgoed door de kamer. Ik werd een moeder die ik totaal niet wilde zijn. Aan het eind van de dag voelde ik me schuldig en ontzettend tekort schieten. Ik raakte steeds meer uitgeput.
Ik heb geprobeerd om om hulp te vragen. Aan een buurvrouw, familie en vriendinnen. Iedereen wil graag helpen, maar is vaak zelf zo druk. Net als wij zelf. In onze naaste omgeving ontstond in die tijd een crisissituatie. We wilden graag beschikbaar zijn en helpen. Maar in de praktijk lukte dat niet, we waren te druk bezig om onze eigen ballen in de lucht te houden. Ik vond het heel zwaar. De kinderen zaten er niet lekker bij, met mijzelf ging het niet goed, Timon was óf aan het werk óf thuis aan het helpen.
- Klik hier
Bestel nu het Eva Zomerboek 2025 ☀️
Een extra dikke editie vol zomerse inspiratie! Met o.a. een aangrijpend verhaal over het surfdrama in Scheveningen, meditatiemomenten, Tooske’s favoriete zomerplekken, kleurplaten, puzzels, mocktails én meer.
‘Het wordt vanzelf beter’
We kregen regelmatig te horen dat dit de tropenjaren zijn en dat het vanzelf beter zou worden. En ik snap dat, maar ik geloof daar niet in. Ik wil niet over een paar jaar zeggen: “Nou, hèhè, dit hebben we achter de rug. Nu gaan ze allemaal naar school en wordt alles makkelijker.” Is dit dan het leven met kinderen? Is het gewoon zwaar en een last? Dat is niet hoe ik denk dat het moet zijn. In die tijd las ik het boek Jagen, verzamelen en opvoeden van Michaeleen Doucleff. Haar verhaal liet me iets anders zien. Het gaat over wat we kunnen leren van oude culturen over het opvoeden van kinderen. Het boek raakte mij. Deze manier van opvoeden past bij mijn visie van omgaan met kinderen. Vanuit verbinding en samenwerking. Het is een voorrecht én plezier om kinderen te begeleiden in het opgroeien. Sindsdien dacht ik regelmatig: het kán anders. En ook: ik hoor hier niet. Maar ja, wat dan? Emigreren? Waar naartoe? Ik wist het niet, en ik kon het ook niet overzien.
Durven we te vertrouwen dat God ons zal geven wat we nodig hebben?
Droom waarmaken
Van een vriendin kreeg ik het boek Spark your dream van de familie Zapp. Zij durfden het aan om hun droom waar te maken: een reis van Zuid- naar Noord-Amerika. Ze leerden om los te laten en te leven vanuit vertrouwen in plaats van angst. Alles wat ze nodig hadden kwamen ze op hun weg tegen. In mijn eigen worstelingen strekte ik me uit naar God. Ik verlang ernaar om dicht bij Hem te leven. Om te leven vanuit vertrouwen en niet vanuit angst. Te geloven dat ik alles wat ik nodig heb op mijn pad zal vinden. Durf ik los te laten? Durf ik te kiezen voor tijd met onze kinderen? Durven we te vertrouwen dat God ons zal geven wat we nodig hebben?
Mijn antwoord was ja. Ja! Laten we gaan. Laten we ons hart volgen. Een droom achterna gaan waarvan ik geloof dat God die in mij heeft gelegd.
Hoe dan? En waarheen dan? Ik heb geen idee. Maar ik durf dat toe te vertrouwen aan God. Ik durf te vertrouwen dat als ik een stap zet, Hij me de volgende zal laten zien. Maar dat betekent niet dat ik het niet super spannend vind.
“Zullen we dan maar eens naar een camper kijken? En dan zien we wel of dat iets voor ons is?”
- Judie reist met haar man en vier kinderen in een oldtimer camper door Scandinavië
Judie reist met haar man en vier kinderen in een oldtimer camper door Scandinavië
Tekst: Judie Verboom