“Een knaller”, zo omschrijft columnist Rachel haar verhaal. Maar een goed verhaal maakt nog geen column, heeft ze geleerd van haar schrijfdocent...
Ik heb me nou toch iets meegemaakt. Het is een knaller van een verhaal, werkelijk. Maar een indrukwekkende ervaring maakt nog geen column. Ook niet een absurde als deze. Dat leerde mijn schrijfdocent mij laatst tijdens de cursus ‘columns schrijven’. “Het is nou eenmaal niet de taak van de columnist om anekdotes te vertellen, daarvoor lees je maar de ikjes in NRC.”
Columnisten maken chocola van het leven. Van kleine momenten die voor iedereen herkenbaar zijn: de kat die een muis vangt, het kind dat valt, een labrador die dement begint te worden. Waar iedereen zo’n moment zonder erbij na te denken ondergaat en direct weer vergeet, doet de columnist iets anders. Zij pakt zo’n op het eerste gezicht banaal tafereel stevig vast en kijkt er eens goed naar. Ze draait het rond, keert het ondersteboven, vouwt het binnenstebuiten en terwijl ze dat doet denkt ze na. En dan, na een lang proces van voelen, ruiken en proeven, destilleert ze een waarachtige les die groter is dan het leven zelf. Dat schrijft ze op. En als u het hebt gelezen, denkt u: wel verrek, daar heb je me toch een geweldig inzicht waar ik de rest van de week nog als een pepermuntje op kan zuigen.
Tekst gaat hieronder verder.
Rachel: ‘Dit is het meest minuscule rouwadvertentietje dat ik ooit heb gelezen’
Maar dit verhaal kan ik dus niet vertellen, dit absurd goede verhaal. En geloof me, ik heb het echt geprobeerd. De eerste vijf minuten, toen ik bezweet en vol adrenaline uit deze vervreemdende scène wegliep, mijn blauwe handschoenen vol slijm en bloed in de prullenbak gooide, en mijn collega op zijn klamme rug klopte, zijn handen nog trillend van de emotie, keken we elkaar aan en zei ik: “Dit is een column. Dit wordt de allerbeste column die ik ooit heb geschreven.” Vanaf dat moment begon ik er goed naar te kijken. Eerst heel dicht erop. Wat rook ik, wat hoorde ik, wat voelde ik? Daarna van een afstandje door mijn wimpers, waardoor ik geen details meer zag, alleen nog maar wat schimachtige contouren. Maar hoe hard ik ook mijn best deed, het lukte me niet om te vinden wat ik geleerd had: een les die uitstijgt boven onze nietige levens. Hoe was dat toch mogelijk? En toen ineens begreep ik het: het verhaal was te goed. Het was zo vol avontuur, morele twijfel en het geschenk van het leven zelf, samengeklonterd in het soort chaos waar mensen jaren later nog met een bezweet lichaam van wakker schrikken. Zoiets laat zich niet reduceren tot een vaag inzicht. De intensiteit van de gebeurtenis zou elke diepere betekenis overschaduwen.
Het was zo vol avontuur, morele twijfel en het geschenk van het leven zelf
En als ik het dan alsnog zou vertellen, zou je misschien denken dat ik het alleen maar deed om op te scheppen. Je zou het misschien lezen als een patserverhaal. Borstklopperij. Mijn schrijfdocent zou het nooit goedkeuren, helaas. Maar goed, mocht je ooit per ongeluk een baby op de wereld helpen in Afrika, in een witte jas die jou niet toebehoort, laat me dan vooral weten of jij je had kunnen inhouden.