Praat mee op onze sites, beheer je gegevens en abonnementen, krijg toegang tot jouw digitale magazines en lees exclusieve verhalen.
Door in te loggen bevestig je dat je de Algemene Voorwaarden en Privacyverklaring van de EO hebt gelezen en begrepen.
Check de veelgestelde vragen.
Laatste update: 11 december 2023 · 13:58
Zag je vijftien jaar geleden Feijenoorders een stadionfakkel aansteken in De Kuip? Grote kans dat ze die bij de jonge Joram Kaat hadden gekocht. Joram gniffelt bij de herinnering en schudt zijn hoofd: “Ik kom uit een christelijk gezin – drank en drugs waren taboe. Maar dat mijn slaapkamer volstond met allerlei illegaal vuurwerk? Dat vond mijn moeder geen probleem. Als ik niet thuis was, overhandigde zij zelfs de pakketjes aan de voordeur. Fascinerend!”
Een oude ziel met naïef enthousiasme: als Joram terugdenkt aan zijn puberteit, komen deze typeringen al snel bovendrijven. “Soms stuit ik toevallig op mailtjes van vroeger”, vertelt Joram. “Ik vond media en ondernemerschap interessant, en ik benaderde allerlei ondernemers om van ze te leren of mee te kijken. Van startups in Amsterdam tot de ondernemer achter WeTransfer: ik mailde echt iedereen. En als ik een afwijzing kreeg, stuurde ik gewoon nog een berichtje. Zó gênant om terug te lezen!” Na een korte stilte: “Toch ben ik jaloers op die versie van mezelf. Ik ben nu veel berekenender en voorzichtiger.”
Onder die jeugdige energie huisde ook een oude ziel, ziet Joram achteraf. “Op een verjaardag wilde ik altijd bij de volwassenen zitten. Dat vond ik veel interessanter dan boven spelen met mijn vriendjes. Ik was serieus en heel zelfstandig voor mijn leeftijd. Mijn ouders zijn gescheiden – mijn vader verdween voordat ik werd geboren. Vaak was ik alleen thuis met mijn oudere zus en broer, dus we moesten onszelf wel redden. Maar ik stelde me ook zorgzaam op naar mijn moeder. Daarom heb ik niet echt gepuberd: ik wilde haar geen verdriet of pijn doen. Dat had ik mezelf als kind wel gegund, om die grenzen wat meer op te zoeken. Maar dat deed ik niet. Later noemde ik mezelf op social media daarom ook gekscherend ‘de ideale schoonzoon’. Nu weet ik dat in gezinnen waar dingen spelen, de kinderen zich vaak verantwoordelijk voelen om de harmonie te bewaren.”
Welke invloed de afwezigheid van zijn vader op Jorams puberteit had, vindt hij moeilijk om te duiden. Hij haalt zijn schouders op: “Op school zeiden klasgenoten weleens: “O, je ouders zijn gescheiden, wat erg!’ En dan dacht ik: joh, helemaal niet. Ik voelde daar nul verdriet bij. Pas bij het ouder worden, ontdekte ik wat de afwezigheid van mijn vader echt met me deed. Zo had ik als puber geen enkele interesse in meisjes. Toen ik op mijn 18e bij BEAM (de jongerenafdeling van de EO, red.) ging werken, kreeg ik regelmatig berichtjes van meiden. Ver-schrik-ke-lijk vond ik dat! Ik wist niet wat ik ermee aan moest. Ik negeerde het maar. Wat het alleen maar pijnlijker maakte, want dan kwam er nóg een berichtje… Mensen dachten dat ik hard to get speelde, maar het was púre paniek. Ik had zo’n enorme bindingsangst. Je kunt het wel een wonder noemen dat ik uiteindelijk nog een relatie heb gekregen. Achteraf denk ik: kom op, daten had ook iets leuks kunnen zijn.”
Achteraf denk ik: kom op, daten had ook iets leuks kunnen zijn
“Daarnaast ben ik nog altijd op zoek naar erkenning,” vervolgt Joram peinzend. “Begrijp me goed: media is mijn passie. Maar had ik ook zo’n drive voor het podium gehad als mijn vader wel in mijn leven was geweest? Dat weet ik niet. Ik vond de EO fantastisch, en op mijn 16e mocht ik daar één keer in de week vrijwillig radio maken. Twee jaar later werd ik aangenomen bij BEAM. Al mijn dromen kwamen uit. Maar de honger naar erkenning verplaatste zich voortdurend naar een volgend punt aan de horizon. Ik mocht allemaal vette dingen doen. Maar ik vóélde helemaal niets. Beangstigend vond ik dat. Waarom genoot ik er niet van? Gaandeweg realiseerde ik me: dit werk is niet alleen mijn ambitie. Ik heb ook een onstilbare honger naar erkenning. Maar geen podium is groot genoeg om die erkenning te geven.”
Terug naar vroeger: als Joram 13 is, krijgt zijn moeder – die zijn hele jeugd alleenstaand was – een relatie. “Dat werd steeds serieuzer, en uiteindelijk besloten ze te trouwen”, vertelt Joram. “We woonden in Zwijndrecht – vlakbij Rotterdam – en ik had daar mijn hele sociale leven, mijn bedrijfje, mijn school… Ik weet daarom nog goed dat ze me op een avond vertelde dat we naar Den Bosch gingen verhuizen. ‘O ja, oké’, zei ik. Daarna liep ik naar boven en moest ik enorm huilen. Ik was echt verdrietig, maar dat hield ik helemaal voor mezelf.
Als ik er nu zo over nadenk, huilde ik in mijn puberteit best vaak alleen in bed. Eenzaam voelde ik me toen niet, maar emotioneel gezien wás ik dat wel. Op dat moment kon ik blijkbaar mijn behoefte niet formuleren. Want als ik het wel met mijn moeder had gedeeld, weet ik dat ze er voor me zou zijn. Maar ik heb zelf die barrières opgegooid. Ik was altijd the happy guy. Ik maakte grappen en dat vonden mensen leuk. Mensen wisten nooit hoe het écht met me ging, want daar praatte ik niet over. Ik luisterde zelf niet eens naar mijn worstelingen: die emoties mochten er niet zijn.”
Meld je aan voor onze nieuwsbrief.
Lees onze privacyverklaring.
Waar Joram nu nog met terugwerkende kracht om zou willen puberen? Hij kiest zijn woorden zorgvuldig: “Ik kom uit een charismatisch wereld, en ik ben daar… niet op afgeknapt, want daar liggen wel mijn roots. Maar het is niet meer hoe ik geloof. Ik denk over veel dingen anders dan mijn familie. In gesprekken met mijn moeder komt soms opeens de puber in mij naar boven. Afgelopen weekend gebeurde het nog: mijn vrouw Pauline en ik waren uit eten met mijn moeder, en ik zat weer te discussiëren. Over politiek of over Israël, dat soort onderwerpen. Dan komt er iets in mij los… Die felheid ken ik niet uit mijn puberteit. Ja, misschien ben ik nu alsnog aan het puberen. Maar nu weet ik dat ik écht gelijk heb. Of is dat meteen het meest puberale dat ik kan zeggen? Haha!”
Misschien ben ik nu alsnog aan het puberen
Wat zou je tegen die puber van vroeger willen zeggen?
Resoluut: “Ontspan. Als tiener wilde ik alles onder controle hebben. Ik dacht dat ik alles voor mijn moeder moest regelen, want ik wilde haar geen verdriet of pijn doen. Nou, dan maak je jezelf wel heel belangrijk als kind. Wees eens gewoon kind. Chill! En als er wat is: geef het aan. Het klinkt heel simpel, maar ik hield alles binnen. Dat werd een enorme heksenketel.”
En wat zou die puber van vroeger nu tegen jou willen zeggen?
Na een lange stilte: “Misschien wel hetzelfde: ontspan.” Hij lacht: “Wat absurd. Eigenlijk maak ik me nog net zo druk om het leven als toen: doe ik het wel goed? Maar het gaat toch lekker? Ontspan! Dat is uiteindelijk de essentie van mijn verhaal: de jonge Joram en de huidige Joram moeten gewoon wat vaker met elkaar in gesprek.”
Wat zou je tieners – of misschien later je kinderen als je die krijgt – willen meegeven als ze in de puberteit komen?
“Ik heb altijd gedacht dat puberen iets negatiefs was. Ik voelde me dan ook trots als mensen zeiden: ‘Joram, die pubert echt niet.’ Nu zou ik juist willen zeggen tegen alle pubers die in de startblokken staan: ‘Go for it! Puberen is zoiets moois. Het móét, het is zo gemaakt, het hoort! Ga strijden met je ouders, verken die grenzen. Doe voorzichtig, maar ga er vól voor.’ Ja, dat zou ik zeggen, ook tegen mijn eigen kinderen. Puberen is niet verboden. Zo heb ik dat wel altijd gevoeld.”
Ook EO-presentator Rachel Rosier blikt terug op haar puberteit: "Ik heb lang gedacht dat ik een onwijs moeilijke puber was." Lees hier haar verhaal.
Tekst: Arianne Ramaker
Beeld: Ruben Timman